Header - Personeelskrant DNO

1974-11 – Personeelskrant Dennenoord – 2e Jrg. No. November

blz. 2 – Van de redactie – Bibliotheek

REDACTIONEEL

November 1974

De begroting ’75 is klaar! Deze zucht steeg op uit het hoofdgebouw. De redaktie ving deze zucht op en vond er aanleiding in eens te gaan praten. Vorig jaar heeft de heer Flach ons een beschouwing gegeven over de begroting, deze keer gaan we een praatje maken met de heer Swam; om een indruk te krijgen wat voor werk er allemaal gebeurd is voor de zucht ‘Hij is af’geslaakt kan worden en de voorlopige afronding gevierd. Over ‘begroting’ op langere termijn is er een verhaal van de heer Flach (Hoe ziet ‘Dennenoord’ er over tien jaar uit?). En in het resumé van de ondernemingsraad vindt U dat ook daar de begroting ter sprake is geweest. Er is trouwens meer dat èn in ons blad te vinden is. Over de boycot-aktie Outspan zond Willem v.d Berg ons verdere informatie.

Introductiedag

Voor nieuwkomers is ‘Dennenoord’ soms net een grote legpuzzel, waarvan de stukjes maar heel langzaam in elkaar passen. Iets nieuws was de introduktiedag voor nieuwe medewerkers op 27 september jl. Met de verwerking en inpassing van de eerste indrukken zijn ze blijkens verslag en foto’s al druk bezig geweest. Veel sukses! Reakties van anderen, hier al wat langer, zijn er ook. Een ‘ontgroeningsgedicht-gedicht’, een reaktie op het interview met br. Stelwagen in het vorige nummer, reaktie op ‘helpen hier in de vakantie’. Een reaktie is ook de nieuwe bijdrage van Kees Zuiderveen, zij het een reaktie op een wat breder vlak. Reportages en hobby-rubrieken zult U niet tevergeefs zoeken in dit nummer. Rally-’74, uitgaansdag van het S.O.P., muntenvondst op ‘Dennenoord’, met hartelijke dank aan ds. Tang die met dit artikel zijn serie over munten besluit. Een vogelrubriek van de heer Visser opent in deze aflevering. We vroegen oud-redaktielid, de heer Kleijer ons op de hoogte te houden van de begonnen verbouwing van kerk en sportzaal. Ook dit nummer begint echter met een ‘In Memoriam’. Helaas.

Redactie

KOUSENGEDICHT

Iedere week en week en week,
laten de kousen me per dag in de steek.
Nou, dat loopt wel in de kosten,
als we dat nou eens oplosten, en Dennenoord aanspraken voor de kosten.
Vindt u dat geen goed idee,
dan zijn u en ik tevree.

A.W.

NIEUWE AANWINSTEN
UIT DE BIBLIOTHEEK

blz. 3 – In memoriam – Bouwbeleid

In memoriam
J. SMALLENBROEK

In de vroege ochtend van 29 september 1974 overleed onze voorzitter, de heer J. Smallenbroek.
De pers heeft reeds uitvoerig aandacht besteed aan zijn verdiensten tijdens de bezetting en daarna. Weinig is echter naar voren gekomen dat hij ook op het gebied van de geestelijke volksgezondheid heeft gewerkt. Tijdens de bestuursvergadering van begin september, de laatste die hij heeft bijgewoond, hebben we het feit herdacht dat hij 25 jaar lid was van ons bestuur. De laatste 6 jaar was hij voorzitter, terwijl hij tevens namens ons bestuur lid was van het centraal bestuur. Dit was meer dan een vrijetijdsbesteding. Het was iets dat zijn volle belangstelling had. Ik kan hierbij slechts spreken over de laatste 2 jaar. Van de tijd er voor is bekend, dat hij tijdens zijn ministerschap de vergaderingen nooit heeft bezocht. Toen hij wat meer ruimte in zijn tijd kreeg, miste hij slechts zelden. Nadat hij uit de aktieve politiek was, kwam hij met grote regelmaat. Als voorzitter profiteerde hij van zijn grote bestuurlijke ervaring. Hij voelde zich sterk betrokken bij het wel en wee van Dennenoord en van de Vereniging. Door zijn vele contacten in het land was hij vaak in staat iets voor ons ziekenhuis te doen en de zaken te bespoedigen.
Hoewel het niet altijd duidelijk naar buiten kwam, school er achter zijn hele leven en werken (en weken kon hij, tot diep in de nacht) een grote sociale bewogenheid. In de 2 jaren, waarin ik hem in de bestuursvergaderingen heb meegemaakt, trof mij dat hij een sterk gevoel had voor de menselijke verhoudingen. Steeds weer betrok hij in het beleid de gevolgen ervan voor patiënten en personeel. Over sociaal onrecht wond hij zich niet alleen op, hij probeerde ook er iets aan te doen. Slaagde dit ingrijpen, dan proefde je zijn blijdschap hierover. Na zijn ziekte het vorig jaar, kwam deze eigenschap nog openlijker naar voren. Hij beschouwde deze periode na het aanvankelijk herstel als een toegift op zijn leven, waarvoor hij zich intens dankbaar betoonde. Hiernaast hield een rotsvast geloof hem op de been, hoewel hij er langzamerhand slechter uit ging zien. Zijn betrokkenheid bij alles wat op Dennenoord gebeurde, bleef tot het laatste telefonisch contact wat ik met hem had, aanwezig.
Naar mijn mening betekent dit overlijden een groot verlies voor Dennenoord.
Wij zijn dankbaar voor het vele, wat hij voor ons mocht doen. Wij beseffen iets van leegte, die bij mevrouw Smallenbroek is ontstaan.
Namens Dennenoord heeft de hele directie met Ds. Polman, mevrouw Smallenbroek onze deelneming betuigd.

Zuidlaren, 22 oktober 1974
G.D. Schroor

Het bouwbeleid

Er bestaat behoefte aanmeer adequate huisvestingsmogelijkheden ten behoeve van in Dennenoord opgenomen patiënten. Deze constatering zal u – helaas – vertrouwd in de oren klinken. Het probleem is niet specifiek des Dennenoords. Vele in den lande werkzame instellingen op het gebied van intra-murale geestelijke gezondheidszorg kampen met eenzelfde probleem en pogen daarvoor een afdoende oplossing te vinden. Dat is voor ons een – zij het, schrale – troost.
Beschouwt men de recent achter ons liggende maanden, dan blijkt, dat er intern met grote zorg en veel inzet van velen is gewerkt aan het tot standkomen van een zgn. masterplan. Een dergelijk plan beoogt een visie te geven op hettotale gebeuren in en van Dennenoord gedurende de eerstkomende 20 tot 25 jaar. Naar wij hopen zal het spoedig door het centraal bestuur en overige beleidsbepalende instanties als ‘aanvaardbaar’ worden geaccepteerd. Daarna kan met de officiële uitvoering ervan worden begonnen.
Vooruitlopend op de genoemde laatste behandelfase van het plan, werd de afgelopen maanden reeds gestart met de uitvoering van enige onderdelen daaruit. Wij noemen u het medische en verpleegkundig beleid, waar het accent in toenemende mate komt te liggen op de specifieke functie(s) van de afdelingen, met als criterium de soort en de intensiteit van de behandeling en de verpleging. Een en ander wil niet zeggen, dat in de daaraan voorafgaande perioden deze facetten niet aan de orde zijn gekomen. Gelukkig wél – maar dan volgens een minder vastomlijnd programma.
Zo ook kreeg en krijgt het personeelsbeleid, de ruimtelijke ordening en het materiële beleid de voortdurende aandacht die het verdient. Met betrekking tot het materiële beleid zij hier het volgende opgemerkt.
In het reeds eerder genoemde masterplan wordt het materiële beleid gedifferentieerd naar afzonderlijke functies. Als zodanig wordt aan dit beleid op onderdelen daarvan nader vorm en inhoud gegeven. Wij noemen u als voorbeeld de administratieve organisatie, de inkoop, de voeding, de kleding, de infra structurele voorzieningen (energie, communicatiemiddelen, etc.) en de huisvesting.
Het huisvestingsbeleid wordt nader onderscheiden in:

  • a. de huisvesting van patiënten;
  • b. de huisvesting van specifieke diensten.

Om tot een gerichte uitvoering van dit beleidsonderdeel te komen, is recentelijk een aantal werkgroepen gestart. De hierin zitting hebbende personen hebben de vraag meegekregen een zgn. programma van eisen te willen opstellen voor de vervangende nieuwbouw van een aantal afdelingen.
Globaal gesproken komt een dergelijk programma hierop neer, dat men een zo gedetailleerd mogelijke beschrijving geeft van de benodigde voorzieningen t.b.v. een nieuw te bouwen afdeling. Met dit programma als basisstuk, worden vervolgens gesprekken gevoerd met de architect en de overige adviseurs. In een aantal opeenvolgende fasen daarna wordt het plan ‘bouwrijp’ gestoomd.
De hier reeds genoemde werkgroepen zullen zich beraden op de volgende verpleegafdelingen:

  • de afdeling met intensieve lichamelijke en psychische behandeling en verzorging (nieuwbouw paviljoenen 3 en 12);
  • de afdeling met gedragsregulerend karakter (nieuwbouw groot deel van paviljoenen 7 en 8);
  • de afdeling met intensieve lichamelijke en psychische behandeling en verzorging; in het bijzonder betrekking hebbend op de bejaarde psychisch gestoorden (nieuwbouw paviljoenen 6 en 16);
  • de woonafdeling (nieuwbouw klein deel van paviljoenen 7 en 8, restauratie paviljoen 15, inkrimping paviljoenen 10 en 22).

Voor het overige beraadt een werkgroep zich over het programma van eisen t.b.v. een nieuw te bouwen medisch centrum.
Tenslotte moge hier niet onvermeld blijven de reeds ingediende programma’s m.b.t. de restauratie van het Noorder Sanatorium (vrouwenafdeling), het Zuiderpaviljoen en het installatiebedrijf. Met de belanghebbenden zal op korte termijn de verder te volgen wegen worden besproken en nader worden uitgewerkt. Hetzelfde kan worden gezegd wat betreft de reeds ingediende plannen voor paviljoen 15.
Over het verdere verloop van de straks ingediende resultaten der onderscheiden werkgroepen, hopen wij u daarna spoedig meer te kunnen vertellen. In dit stadium zijn daarover de gesprekken met de resp. besturen nog niet afgerond.

J.W. Flach

blz. 4 – Ondernemingsraad

Op donderdag 26 september 1974 in de koffiekamer van het hoofdgebouw

Resumé van de ondernemingsraadvergadering

  1. Opening.
    • De voorzitter heet allen welkom, in het bijzonder mejuffrouw Huizenga, die als opvolgster van mejuffrouw Van het Hof de vergadering als notuliste zal bijwonen.
    • Met kennisgeving afwezig: mejuffrouw Drost.
  2. Notulen en resumé van de vergadering op 29 augustus en 2 september 1974. Notulen en resumé worden zonder noemenswaardige wijzigingen goedgekeurd.
  3. Mededelingen van de directie.
    • 3.1 Arbeidsovereenkomst leerlingen p.k.o. behoeft geen wijziging.
    • 3.2 De raad neemt met genoegen kennis van het feit dat door de Stichting Zuidlaarder Woningbouw een aantal nog te bouwen woningen voor nog te benoemen personeel zal worden gereserveerd.
    • 3.3 Uit een schrijven blijkt dat therapie-personeel vanaf 60 jaar voor een overbruggingsregeling in aanmerking komt. Zr. van der Sloot vraagt of dit ook voor de verpleging geldt. Volgens de voorzitter is dit (nog) niet het geval.
    • 3.4 Begroting 1975: de voorzitter zet uiteen dat prioriteiten in de begroting 1975 zullen worden getoets aan de volgende normen:
      1. het normale onderhoud
      2. grote beurten (renovatie)
      3. voorzieningen welke beogen een verhoging van de privacy van de patiënt
      4. voorzieningen ten doel hebbend de verhoging van zelfredzaamheid en hygiëne voor de patiënt
    • Rutgers vraagt in dit verband of met name als gevolg van onder punt 2 genoemde werken er voldoende werk blijft voor mensen uit de eigen technische dienst. De voorzitter geeft hierop een bevestigend antwoord.
    • 3.5 Er is een verzoek van de buurtvereniging Annerweg om het Noorder Sanatorium te mogen bezichtigen. De conclusie na bespreking is: indien mogelijk doen, mits goed voorbereid.
    • 3.6 Problemen in de organisatie. Er is een tegenstrijdige tendens waarneembaar in de huidige opvatting over de verpleging. Enerzijds bepleit met een kostenbesparende werkwijze en anderzijds een kostenverhogende werkwijze door bijv. uitbreiding cursusuren, werken met kleinere groepen, werken in teamverband, enz. Vooral dit laatste brengt met zich mee dat een respectabel aantal uren aan besprekingen wordt besteed. De vraag rijst of al deze uren wel productief zijn. De voorzitter wijst op ieders persoonlijke verantwoordelijkheid in deze.
    • 3.7 Nota organisatievorm arbeids- en bezigheidstherapie. M.a.v. deze nota vraagt Bergsma naar de verhouding coördinator/hoofden therapie. Hij vraagt is de coördinator hoofd boven de hoofden of enkel coördinator. Volgens het huidige schema zijn hoofden a.t. en b.t. aan hem verantwoording verschuldigd, terwijl dit voor de andere hoofden niet geldt.
  4. Ingekomen stukken.
    • 4.1 Resumé en notulen jongerencommissie. Deze worden wegens tijdgebrek uitgesteld tot de volgende vergadering.
    • 4.2 Documentatie B.O.A.. De motie v.d. Berg inhoudende het verzoek aan de directie te adviseren geen outspan-producten meer te verstrekken wordt in stemming gebracht. Op twee na, namelijk de heren Bouma en Oosting, stemmen allen voor.
  5. Nota arbeids- en bezigheidstherapie.
    • De conclusie is dat dit een goed stuk is, passend in het huidige beleid van Dennenoord.
  6. Het masterplan.
    • Wegens tijdgebrek wordt ook dit agendapunt naar de volgende vergadering verplaatst.
  7. Dienstkleding (motie Bouma).
    • De heer Bouma licht toe dat hij bedoelt na te streven een verhoging van de representatieve factor binnen de verpleging, als ook de hygiëne. Om deze zaken tot hun recht te doen komen acht hij het dragen van dienstkleding noodzakelijk. Zijn motie wordt in stemming gebracht met het volgende resultaat:
      • Voor: Bouma; Veenstra; Rutgers; Oosting; Kram
      • Tegen: Zuidersma; Van der Sllot; Bergsma; Oving; v.d. Berg; Timmer
    • Waarmee deze motie verworpen is.
  8. Rondvraag.
    • Tijdens de rondvraag geeft de heer Bergsma een aanvulling op het in de vorige vergadering aan de orde geweest zijnde punt: personeelscentrum. Hij meldt dat de afdeling fotografie, als ook de schoonmaak van het geheel tijdrovende bezigheden zijn, die gedaan moeten worden boven het eigenlijke werk in het personeelscentrum.
  9. Sluiting.
    • In zijn slotwoord spreekt de voorzitter de heer Timmer toe, die Dennenoord binnenkort gaat verlaten. Hij wenst hem voor de toekomst veel succes.

Zuidlaren, 27 september 1974
H. Zuidersma

blz. 5 – Interview de heer Swam

Begroting 1975

De begroting voor het jaar 1975 is klaar (1 oktober). Naar aanleiding hiervan had de redaktie een gesprekje met de heer Swam, hoofd administratieve dienst. De heer Swam vertelde ons, dat het uitgangspunt bij het samenstellen van de begroting het beleidsplan voor het betreffende begrotingsjaar is.
De begroting wordt verdeeld in 3 hoofdpunten, nl.:

  1. de patiëntenbegroting
  2. de personeelsbegroting
  3. de kostenbegroting

 

  1.  De patiëntenbegroting: hierover wordt overleg gepleegd met de medische en verpleegkundige dienst, warbij aandacht wordt besteed aan de privacy van de patiënten.
  2. De personeelsbegroting: bij de begroting van het aantal personeelsleden wordt rekening gehouden met uitbreiding van bestaande aktiviteiten en ontwikkeling van nieuwe aktiviteiten. De afdeling personeelszaken pleegt overleg met de hoofden van dienst.
  3. De kostenbegroting: reeds in juni zijn de aanvraagbriefjes naar alle afdelingen en diensten gestuurd, waarin men aanvragen kon doen voor vernieuwingen en verbeteringen, die plaats moeten vinden. De briefjes werden verzameld en in de direktie besproken. De aanvragen die wèl toegewezen werden, moesten door de technische dienst beoordeeld worden op basis van kosten. Is de totale kostenraming te hoog, dan worden er prioriteiten gesteld.

De grootse post op de kostenbegroting is de post salarissen + sociale lasten. Deze bedraagt 3/4 deel van de totale begroting. Als je nagaat dat de begroting 1975 voor het eerst de f 30.000.000,- gepasseerd is, kun je uitrekenen hoeveel deze post ongeveer bedraagt. Andere posten zijn o.m. verpleegartikelen, onderhoud, inventaris, en overige personeelskosten (b.v. jaarfeest,  personeelscentrum en personeelsblad). Grote verbouwingen en nieuwbouw komen niet op de kostenbegroting. Hiervoor  wordt een kapitaalsbegroting opgemaakt, waarvoor kredieten worden aangevraagd bij het Centraal Bestuur van de Vereniging en waarvoor vergunning moet worden verleend door het Ministerie.
De verdere procedure gaat als volgt: de begroting is klaar en wordt met een toelichting op de cijfers en vergelijkingscijfers van voorgaande jaren naar het Centraal Bureau in Bennekom gestuurd. Hier wordt de begroting beoordeeld en met de direktie van het ziekenhuis uitvoerig besproken. Zonodig worden er nog enkele wijzigingen aangebracht. Vervolgens gaan de stukken naar het Centraal Orgaan Ziekenhuistarieven en vindt de definitieve beoordeling plaats. Alle begrotingen van de bij onze Vereniging aangesloten ziekenhuizen worden opgeteld en gedeeld door het totale aantal verpleegdagen. Hieruit rolt de uniforme verpleegprijs per dag.
De ondernemingsraad ontvangt een gekomprimeerde begroting, terwijl de betrokken funktionarissen een overzicht ontvangen van de op hun onderdeel betrekking hebbende begrotingsposten.
De redaktie bedankt de heer Swam voor de ontvangst en de uitleg van het een en ander.

Redaktie

Een zucht steeg op uit het hoofdgebouw

blz. 6 – Jongerencommissie – Sociale uitkijkpost

De Sociale uitkijkpost

Op grond van art. A 29 van het pensioenreglement van het P.G.G.M. hebben:

  • a. de vrouwelijke deelnemers
  • b. de mannelijke deelnemers, die een functie vervullen welke in hoofdzaak bestaat uit daadwerkelijke verpleging en verzorging van zieken, hulpbehoevenden of geestelijk gestoorden

recht op een overbruggingsuitkering, indien zij bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd of op een datum daarna tenminste zeven jaren onmiddellijk voorafgaande aan de 60-jarige leeftijd resp. aan de datum daarna deelnemers zijn geweest en, indien het eenmannelijke deelnemer betreft, hij gedurende die tijd een functie vervulde als bedoeld onder b.

In het vervolg komen arbeidstherapeuten zoals dat met verpleegkundigen in het verleden reeds het geval was, in aanmerking voor een overbruggingsuitkering.
Met andere woorden: ook voor mannelijke arbeidstherapeuten, die voldoen aan de onder b genoemde voorwaarden is pensioen op 60-jarige leeftijd mogelijk.
Indien u nader geïnformeerd wenst te worden, kunt u contact opnemen met de afdeling personeelszaken (tel. 466).

Loongrens ziekenfonds
De loongrens ziekenfonds wordt voor 1975 vastgesteld op f 27.550,-. Dit betekent een stijging van f 4.350,-, dit vloeit voort uit het feit dat het loonindexcijfer eind augustus/begin september ± 18% boven het een jaar daarvoor bereikte niveau lag.

C.A. de Graaf
Personeelszaken

Resumé Jongeren
Commissievergadering

  1. Opening.
    • Allen waren aanwezig, ook dhr. Nieuwland en Timmer. Voor dhr. Timmer is het de laatste keer, want hij gaat Dennenoord verlaten.
  2. Reglement.
    • Harry Hartel had nog een vraag over het reglement die door dhr. Nieuwland beantwoord werd. Het onderwerp reglement wordt nu als afgehandeld beschouwd, mochten er nog vragen zijn dan kunnen deze altijd nog aan de O.R. voorgelegd worden.
  3. Centrale Jongerencommissie.
    • De heer Timmer heeft hierover een brief ontvangen van de Centrale O.R. In deze brief wordt voorgesteld de jongeren zelf bij de beslissingte betrekken. Zoals het nu lijkt heeft een Centrale J.C. weinig zin. Tjepko Langius heeft geïnformeerd naar de aktiviteiten van de J.C. van Vogelenzang maar heeft hierop nog geen antwoord ontvangen.
  4. Huisvesting.
    • Het probleem huisvesting kwam ook in deze vergadering weer aan de orde. Jos Egberts merkt op dat hij de prijzen zo verschillend vindt voor ongeveer dezelfde kamer, ook zijn de voorzieningen niet zoals ze wezen moeten. In Zuidlaren bestaat een soort huurcommissie. Jos Egberts zal informeren of deze stichting al enige aktiviteiten heeft ontplooid.
  5. Namen noemen resumé vergaderingen O.R.
    • Dit is ook al enige keren in de vergaderingen van de O.R. ter sprake geweest. Er werd van afgezien omdat men dacht dat de vrijheid om een mening te uiten verloren ging.
  6. Notulen vergaderingen O.R.
    • Ineke Maris vraagt of de J.C. ook de notulen van de vergaderingen van de O.R. kan krijgen. Er is aan de O.R. gevraagd of dit mogelijk is.
  7. Vakature de heer Timmer.
    • Daar dhr. Timmer, Dennenoord gaat verlaten, komt deze vakature vrij zowel in de O.R. als in de J.C. Er is aan de O.R. voorgesteld om een plaatsvervanger aan te wijzen.
  8. Stukje personeelskrant.
    • Dhr. Nieuwland vindt het stukje in de personeelskrant erg geslaagd. Het is jammer dat er nog geen reakties op gekomen zijn. Hij stelt voor het 1 maal in de maand of 1 maal in de 2 maanden te herhalen. Hier is nog geen beslissing over genomen.
  9. Informatie verschillende opleidingsgroepen.
    • Dhr. Nieuwland stelt voor om in het informatieuur van de verschillende opl. groepen, informatie te geven over de J.C. Dit werd een goed idee gevonden en 10 okt. gaan dan Gerard Heersmink en Anneke Meulman naar het opl. centrum. Sommigen dachten dat ze moeilijkheden kregen met hun afdelingshoofd over de vrije uren hiervoor,maar er staat duidelijk in het reglement dat men 2 uren in de maand vrij krijgt voor de J.C.
  10. Vrij entree stagiaires Dennenoord.
    • Er werd voorgesteld om de stagiaires die op Dennenoord werken, vrij entree te geven voor de verschillende dingen die op Dennenoord georganiseerd worden. De mening van de O.R. is hierover gevraagd.
  11. Eten voor de wachten.
    • Het blijkt dat het eten voor de wachten in diverse paviljoens slecht georganiseerd is. Dhr. Timmer dacht dat er wel een ander systeem voor te bedenken valt, zodat een ieder die in de wacht zit, goed te eten krijgt.
  12. Kontaktgroepen.
    • Het blijkt dat de kontaktgroepen van de diverse afdelingen uit elkaar vallen door overplaatsing, ontslag, enz. Dhr. Timmer stelt voor de kontaktgroepen te verwaarlozen tot de volgende verkiezingen voor de J.C.
  13. Sport.
    • Jos Egberts vraagt aan dhr. Nieuwland of er ook gesport kan worden in de opleiding. Dit blijkt wel het geval te zijn, nl. iedere dinsdagmmiddag om 5 uur.

De volgende vergadering is vrijdag 1 november om 2 uur in de koffiekamer van het Hoofdgebouw.
Hebben jullie ideeën, klachten? Laat het ons weten!!!

Ineke Maris (secr.)
Boekhouding
tst. 443

Zuidlaren, 8-10-’74

blz. 7 – Rally ’74

Auto Rally Dennenoord

Nog even namijmerend over de oriënteringsrit, komen allerlei gebeurtenissen op die bewuste middag bij mij boven. Leuke en minder leuke ervaringen onderweg. Gemakkelijke en minder gemakkelijke tot moeilijke opgaven.

De gezelligheid aan het einde van de rit, deze keer in Norg, met vooral de uitwisseling van ervaringen onderling. De één teleurgesteld met geopende enveloppe, de ander met enige hoop het toch wel vrij goed te hebben gedaan en een aantal met stille hoop niet de beste te zijn. Want de beste wordt beloond met de opdracht, om de volgende rit maar even te organiseren, waarlijk geen kleinigheid.
Daarom ook alle lof aan de heren v.d. Meulen en Zijlstra, voor deze voortreffelijke georganiseerde rally.
Van start af liep alles gesmeerd… en ook het eindpunt was zeer goed gekozen. Eveneens de stop of pauze bij de kaasboerderij was een goed idee, even konden de benen zich strekken en de hersenen zich ontspannen. Jammer, dat sommigen deze bedoeling niet helemaal hadden begrepen, want ik zag iemand zich te weer stellen om het hele kaasproductieproces in zijn hoofd te stampen. Dit was niet de bedoeling. Wat de route betreft een felicitatie voor de uitzetters. Mooie plekjes, leuke foefjes en niet te moeilijk.
Wel jammer van die boer met zijn goede bedoelingen, jij had het bordje niet om mogen draaien, want nu was het bewuste huis n iet meer te vinden.
Dan de draden bij Peest, wat een ellende. Eerst onder de draden door, dan naar het onweer en… nadat u onder de draden bent doorgegaan gaat u er nog eens onder door. En dan maar zoeken naar het witte hek, voor sommigen onoplosbaar.

Ook nogal wat hadden veel moeite met pancrose/pade-rosa.
Toch zijn, naar ik meen, alle deelnemers in Norg aangekomen. De meesten erg tevreden en ook met de beste voornemens voor de volgende ‘Dennenoord-Rally’.

Heren v.d Meulen en Zijlstra, hartelijk dank voor de prettige uren!

Een deelnemer

Organisatoren

Deelnemers

Deelnemers

Winnaars

blz. 8 – Ontgroeningsgedicht – Wist U dat – Vakantiehulp op ‘Dennenoord’

Wist u dat…..

  • dat er in het personeelscentrum een anti-dievendoosje is geplaatst?
  • dat Peter, Henk en Jan zich ook bekwamen in zelfverdediging en uitsmijten?
  • dat paviljoen 15 enkele weken regelmatig werd bezocht door professoren en hun assistenten?
  • dat men op dat paviljoen enthousiast doende is met ‘Operante conditionering’?
  • dat de personeelsstop voor ziekenhuizen is opgeheven?
  • dat men zich nu beijvert voor een ‘Verpleegstudiestop’?
  • dat wij sinds kort ons leidingwater tappen uit een ander vaatje?
  • dat men daarvoor naar schatting 5500 meter buis onder onze aarde heeft begraven?
  • dat dominee Tang een deskundige is wat de Hebreeuwse taal betreft?
  • dat vier personeelsleden samen 76 parachutesprongen hebben gemaakt tijdens de zomer?
  • dat de traditionele ‘Zuidlaarder Markt’ weer een succes was?
  • dat men op die dag een crisiscentrum had ingericht voor overspannen paarden?

ZigZag

Waarom

Waarom kan ik niet horen met mijn gekregen oren?
Waarom kan ik niet spreken zoals anderen?
Ik heb toch ook stembanden?
Waarom kan ik ze niet gebruiken?
Waarom vervullen ze hun funktie niet?
Waarom?
Waarom zie ik zo slecht met die ogen van me?
O, God, ze met toch waarom!
Waarom?
Dit alles, God, wat is uw bedoeling hiervan?
Waarom?
Waarom….
God…!

Patrick

Vakantiehulp

Ingezonden stuk van een vakantiehulp op een psychiatrische inrichting, in dit geval Dennenoord.

Dit jaar heb ik drie maanden als vakantiehulp op Dennenoord gewerkt, ’t was het vierde jaar dat ik als vakantiehulp op Dennenoord aan het werk was, zodoende wist ik het nodige met als gevolg dat de aanpassing niet zulke grote problemen met zich meebracht. Het werken met patiënten em met personeel vond ik fijn, er blijven natuurlijk altijd uitzonderingen die de regel bevestigen.
Over het omgaan met patiënten wil ik het volgende zeggen. Als eerste werk je voor de patiënten en niet voor jezelf, als het goed is kom je niet aan jezelf toe, maar ben je steeds met de patiënten bezig of voor hen bezig. Je leert behulpzaam te zijn en steeds klaar te staan voor de ander, je stelt jezelf op de achtergrond. Je hebt de mogelijkheid om iets voor een ander te betekenen en dat geeft je een voldaan gevoel. Elke patiënt vraagt een andere omgang en je moet je steeds aanpassen aan dat moment, de ene keer reageer je zus en de andere keer reageer je zo.
Het werken in een inrichting of ziekenhuis kun je niet alleen doen, je moet het gezamenlijk doen en dan pas krijg je de beste resultaten. Als de patiënten een beetje meewerken loopt het op rolletjes, werkt het personeel samen dan gaat het nog rolliger. Personeel onder elkaar kan veel goed en veel kwaad doen, zonder dat er een patiënt aan te pas komt, gelukkig heb ik dat niet meegemaakt. Waar ik werkte heerste een stemming van collegialiteit. Op sommige dagen gebeuren er steeds onverwachte dingen, deze kunnen je hele werkschema in de war sturen, en dan gebeurde het wel dat de patiënten je overal mee hielpen waar ze dat konden. Ze hielpen andere mensen en waren erg behulpzaam. Doch soms bij een nieuwe opname welke volgens hen teveel kabaal maakte, bleek het dat deze niet geaccepteerd werd. Na verloop van tijd raakten ze er aan gewend en was het heel gewoon dat de ander schreeuwde of gilde.
Het werk zelf: ik heb verschillende wonden gezien met de behandeling ervan, dit vind ik erg leerzaam, je neemt er wat van mee. Ook de opvang van patiënten leerde je van de ander, je moest steeds je geduld bewaren en je kon je niet overgeven aan het gevoel: er zat van zijn. Ieder was dan ook tevreden met de vrije dagen die na een tijd werk volgden. Ook omdat voor het werk op de afdeling waar ik gewerkt heb, een zekere konditie nodig was, je sjouwde de gehele dag en na verloop van tijd veranderde dat in sjokken. Het soppen en dweilen deed je op zo’n wijze dat iedereen dacht, dat, dat het prettigste werk was en dat je dat je hele leven lang wel zou willen doen (hm), toch was de zondag een verademing, dan nam men een bezem of natte doek in de hand en verving op deze wijze het dweilen, het was tenslotte zondag!
Er is nog veel meer te schrijven, maar ik dacht dat dit nog wel te lezen is en als ik doorga dan bestaat het gevaar dat ik vellen vol schrijf met louter en alleen onzin en dat is ook niet de bedoeling, tenslotte maak ik m’n debuut als schrijfster en je wilt graag dat ieder die onzin leest.
Om het nog even serieus te houden: conclusie: ik vind het jammer dat ik er niet meer werk, sowieso heb ik er iets van opgestoken en wil ik met name Enk-C bedanken voor de leuke tijd die ik bij jullie heb mogen doorbrengen.

Tot ziens,
Maja Franken

Het ontgroeningsgedicht

Mag ik mij even voorstellen?
Ik ben direkteur en ik heb heel wat te vertellen.
Direkteur ben ik van Dennenoord.
Kijk dat begint daar, bij de poort.
Ja, mijn lot is wel te dragen,
minder leuk vind ik het, als ze komen klagen.
Kijk, daar heb je de juffrouw die de vooropleiding doet.
Haar gezicht staat niet erg goed.
Misschien wil ze mij wat vragen.
Of heeft ze misschien iets te klagen.
Nou juffrouw, steekt u maar van wal.
Is het iets ernstigs of is het een licht geval?
Ja, zegt ze, met een zucht.
En ze kijkt even in de lucht.
Mijn pupillen sliepen hier voor het eerst gisternacht.
En het was rustig, dat had ik gedacht.
Een paar broeders hebben het gedaan.
En zijn met een brandslang aan het spuiten gegaan.
Nou, dat was me een gedonder.
Heel de vloerbedekking zat er onder.
Ik heb een paar mensen gezien en die zal ik nu noteren.
Wilt u ze dan mores leren?
Ja, dat wil ik wel doen.
Ik zal ze een uitbrander geven en het kost hun veel poen.
Wij, de mensen die het hebben gedaan.
Denken dat het zo is gegaan…..
Het was bedoeld als een ontgroeningskuur.
Maar ja, die grap kost ons wel duur!

Ada Wubbels

blz. 9 – Introductiedag 27 september

Introduktiedag voor de nieuwe medewerkers van ‘Dennenoord’

Niet alle genodigden maakten van de gelegenheid gebruik om beter over Dennenoord geïnformeerd te worden. Men werd ontvangen in de gehoorzaal van het Vormingscentrum, waar de koffie al klaar stond.
Er werd kennis met elkaar gemaakt en vervolgens opende de heer Schroor deze dag met een inleiding waarin hij een ieder hartelijk welkom heette. Vervolgens zette hij het doel van deze introduktiedag uiteen, n.l. de nieuweling kennis laten maken met een aantal facetten van het werken en samenwerken binnen Dennenoord.
Hierdoor neemt het begrip voor elkaars werksituatie toe, waardoor de interne communicatie wordt bevorderd.
Daarna vertelde hij over de organisatie van Dennenoord en de bezetting van patiënten en personeel.
Ook vertelde hij over de doelstelling van ons werk en vatte dit samen met de zin:
Het doel van ons werk (en dit geldt voor alle takken van dienst) is dus met elkaar een optimaal klimaat te scheppen voor de patiënt.
Dhr. Nieuwland dankte de heer Schroor voor de inleiding.
De groep werd in drieën gesplitst, bij ieder groepje was een docent aanwezig die het gesprek leidde.
De eerste indrukken en ervaringen werden naar voren gebracht en omdat allen werken in verschillende takken van dienst, werden er over en weer vragen gesteld.
Iedere groep kreeg papier, lijm en scharen en men plaatste hetgeen ter sprake was gekomen op papier. Men at gezamenlijk en maakte daarna de excursies. De genodigden zochten zelf uit waarheen zij een excursie wilden maken.
De meesten kozen voor een arbeidstherapieafdeling en enkelen voor een paviljoen.
Toen iedereen terug was had men nog even tijd, waarin van de gelegenheid gebruik gemaakt werd om in de hele groep te vertellen waar iedereen werkt en hoe hij heet.
De vragen die ’s morgens tijdens de discussie gerezen waren, konden ’s middags voorgelegd worden aan een forum. Dit forum bestond uit: de heer de Graaf; de heer Ponte; mevr. Risseeuw en de heer Swam. Hieronder volgt een reactie van één van de genodigden.

A. Lam

Ik werd uitgenodigd om op vrijdag 27 september een introductiedag bij te wonen. Deze introductiedag die erg informatief was werd voor het eerst gehouden en mag althans naar mijn mening als geslaagd beschouwd worden en dus voor voortzetting vatbaar. Die dag kregen de nieuwkomers een veel beter inzicht in het functioneren van het hele ziekenhuis dan alleen zijn of haar afdeling. Ook de excursie naar een door de groep gekozen afdeling was interessant. Ik kijk met genoegen terug op deze introductiedag en wil iedereen die aan deze dag heeft meegewerkt bedanken voor het slagen van deze dag.

A. Menting
afd. Linnenkamer

Indrukken

Verwerken

Legpuzzels

Introduktie

blz. 10 – Dagtocht Amsterdam

Dagtocht

De start vond plaats, zoals bij alle tochten, vanaf de Cantine. Iedereen was prompt op tijd…. goed…. er zijn altijd wel één of twee mensen die niet klok kunnen kijken. We gingen dan toch op weg, richting Groningen. Toen we deze plaats achter de rug hadden wenste de chauffeur, die zich voorstelde als Kees Mellens, ons een goede en gezellige dag toe. Gezien het vastgestelde programma voor de hele dag, moest de chauffeur in plaats van rijden laagvliegen, dit bleek hem overigens wel toevertrouwd te zijn. Ds. Vlaanderen, onze reisleider, hield daarna de ochtendwijding, met tekst en uitleg over een pastoor, een dominee en twee Friezen die Amsterdam ontdekten. Zo gingen we, nadat we de Friezen er flink doorgehaald hadden, in den Oever koffie drinken en andere nodige dingen doen; we kregen er 20 minuten tijd voor, erg weinig, maar we moesten ook om 10.45 uur in Amsterdam zijn. Om klokslag elf waren we achter het paleis op de Dam; zoals u verneemt hadden we Hoorn en Volendam overgeslagen; dit bleek niet zo’n groot gemis te zijn, want de gids in het paleis wist ons met hart en nieren gekluisterd te krijgen aan hetgeen hij vertelde over de kunst en geschiedenis, die hieraan verbonden waren. Als je b.b. hoort dat het paleis in 7 jaar gebouwd is en op 13.659 palen staat en een afmeting heeft van 80 x 60 x 24 meter, en dat alles van marmer is, dan denk je stil bij jezelf: wat konden die oude ambachtslieden veel. De tekst op de muur, waar vroeger vonnissen geveld werden door schout en schepenen, trof me wel: ‘Leer rechtvaardigen betrachten, maar de Godheid niet verachten.’ Deze regel sloeg dus op hetgeen er achter gebeurde, zoals trouwens alles in het paleis een symbolische betekenis heeft. Na dit alles gezien te hebben, zochten we de heer Harkema op, die ons onthaalde op een voortreffelijke lunch aan een lange tafel; er werd veel en lekker gegeten.
Vanwege het teveel aan kaloriën dat we binnen gekregen hadden, gingen we lopend door de stad, onder leiding van de gebr. Vlaanderen. Zo zagen we dingen die we doorgaans nooit te horen of te zien krijgen. Enkele voorbeelden wil ik noemen: b.v. het Begijnhof, de alle dagkerk in het Engels kerkje aan het Begijnhof, het Burgerweeshuis, gevelstenen met bijbelse voorstellingen; gewoon teveel om op te noemen. Zo gingen we verder tot de aanlegplaats van de rondvaartboot. Eenmaal aan boord merkten we dat onze leider een rasechte Amsterdammer was. Zo zagen we duizend en één dingen: de Maagdenburg, de munttoren, de koning van de Hippies met zijn vier vrouwen, het huis van de burgemeester Samkalden, het rijksmuseum met zijn 1 miljoen kunstvoorwerpen verdeeld over 250 kamers, het smalste pakhuis zo door het havengebied bij de grootste dokken en bij de bierpier van Amstel rechtsomkeert met rasse schreden. We kwamen via de mooiste vrouw van Amsterdam weer terug in de grachten, en waren na 5 min. bij het eindpunt. We namen met een flinke fooi afscheid van de kapitein en vertrokken naar het vliegveld Schiphol. Over dit adembenemend bedrijf zouden we uren kunnen vertellen, hoewel we er maar een uur zijn geweest om die kolossen de lucht in te zien gaan; zoiets kun je niet vertellen, dat moet je zien gebeuren. Ga daarom een volgende keer mee! Vanaf Schiphol kwamen we in een file van ± 3 km. door de Bijlmermeer; dit vonden velen wel het trieste moment van de dag: een betonnen massa, met raampjes, waarachter het dier mens zit opgesloten. De chauffeur vroeg zich af of de ontwerper er zou wonen?! We kwamen toch door dit klomp steen heen, richting het land met alleen maar velden en een weg, de Flevopolder, onmetelijk groot. De duisternis viel reeds in en menigeen dacht al aan het diner dat ons in Elburg te wachten stond. Na een borreluurtje deden we ons dan ook tegoed aan al het heerlijks dat ons voorgeschoteld werd. Daarna reisden we af/op naar ons vertrekpunt Zuidlaren, waar we om 22.10 uur aankwamen. Nadat ds. Vlaanderen ieder bedankt had voor het bedanken, namen we afscheid van elkaar; menigeen in de hoop weer eens zo’n dag mee te maken.

Een deelnemer

Uitgaansdag ‘Dennenoord’ 11 oktober 1974

Even een paar antwoorden van mensen die mee geweest zijn:

  • Hoe vond u de reis?
    • Het kon niet mooier, volgend jaar maar weer zo.
  • En hoe heeft u de reis gevonden?
    • We hebben een prachtige dag gehad, goed georganiseerd. Daarbij komt dat we Amsterdam een met andere ogen zagen, d.m.v. de twee Amsterdammers die we bij ons hadden om ons erop te wijzen. Van ons mag u het nog eens overdoen. Mag ik hierbij de direktie bedanken voor de welwillendheid een reis te mogen organiseren voor ons personeel, de S.O.P. voor de organisatie en de reisleider voor zijn leiding en niet te vergeten de mijnheer die ons in Amsterdam ontving en rondleidde; jammer voor de mensen die geen gebruik hebben gemaakt van deze dag, zij hebben wel wat gemist.

H. Kleyer

 

blz. 11 – Examens ziekenverzorging – Ongedierte

Ziekenverzorging

De ziekenverzorging is een opleiding waar de mensen in verpleegtehuizen en ziekenhuizen heel erg blij mee zijn. Het neemt een heel zelfstandige plaats in en is niet meer weg te denken in het huidige verpleegwezen.
De duur van de opleiding is 2 jaar, waarvan 3 maand stage moet worden gelopen in een verpleegtehuis, waar je verpleegkundige en verzorgende handelingen moet verrichten die op Dennenoord niet veel voorkomen.
Deze opleiding is in Dennenoord nog vrij jong, want dit is de tweede groep die het eindexamen met goed gevolg heeft afgelegd en na ons zullen er nog velen volgen, zodat sommige B-verpleegkundigen ons niet langer als verlengstuk van de dweil moeten beschouwen, maar dat we er gezamenlijk zijn voor het welzijn van de patiënten.
De ziekenverzorging werkt op Dennenoord voornamelijk op de ziekenpaviljoenen en de geriatrische afdelingen, waar we, gezien hun opleiding, die specifiek op verzorging gericht is, heel goed tot hun recht komen.

J. van Dijk
één van de pas gediplomeerden

Geslaagd voor eindexamen
1 oktober 1974

Br. H. Baron; Br. J. van Dijk; Br. J.G. Hemmen; Zr. L. Koolma-v.d. Meer; Zr. D.Z. Poppen; Br. S. Taekema; Br. W. Wieling.
Geslaagd op 2 oktober 1974.
Overgangsexamen: Ze. A. v.d. Werf.

Ongedierteverdelger

Per 1 oktober hebben we een nieuw bedrijf aangetrokken, welke het ongedierte gaat bestrijden op ons ziekenhuisterrein, zoals ratten, muizen en wespen.
Wil ieder aan deze bestrijding meehelpen door zo weinig mogelijk afval van etensresten open te laten staan. Een van de voornaamste dingen bij het bestrijden van ongedierte is, zorgen dat er geen voedsel voor deze dieren te vinden is.
Helpt u allen mee.
P.S. wanneer u last van ongedierte heeft, vermeld dit dan in uw reparatieschrift.
Bij ‘hoge nood’ mag u gebruik maken van tst. 431.

H. Kleyer
chef T.B.

blz. 12 – Leve het afwijkende – Vogelpraat

Leve het afwijkende

Kees Zuiderveen

Vogelpraat

R.V.

blz. 13 – Muntvondst op ‘Dennenoord’

De muntvondst van Dennenoord

Wie op ’t ogenblik oude munten gaat verzamelen, zal die in de regel moeten kopen. Soms verwerf je een interessante munt door ruiling, een enkele keer krijg je iets en hoogst zelden vind je zelf wat. Toch zijn verreweg de meeste oude munten uiteindelijk afkomstig uit muntvondsten. Zoals we tegenwoordig ons reserve’tje op de bank zetten, werd vroeger het spaargeld vaak begraven; vooral in onzekere tijden van oorlogen en veldtochten werd dat gedaan. Kwam de eigenaar van het geld om het leven, dan bleef het in de grond bewaard totdat een gelukkige vinder op de muntschat stuitte. Omdat uiteraard meestal grote, waardevolle geldstukken begraven werden, bestaan de meeste opgegraven schatten dan ook uit groot geld. Zowel uit deze vondsten, als uit oude tarieflijsten is de circulatie van grote munten goed bekend. Wat het kleine en het kleinste geld betreft is de situatie heel wat minder gunstig. Wie zou er nu belang bij hebben een paar duizend halfjes te begraven?

Dennenoord 1928

In de zomer van 1928 werd op Dennenoord graafwerk verricht om de fundering te leggen voor paviljoen 20. Bij het graven kwam één van de merkwaardigste muntvondsten van Nederland aan het licht. Men vond namelijk een aarden kruik met ruim 2600 muntjes en wel van de allerkleinste soorten. Zo waren er meer dan duizend groningse muntjes bij, waarvan er 72 in een stuiver gingen! Die muntjes zijn zo klein en dun, dat ze maar aan één kant geslagen zijn; de voorzijde geeft dus een positief reliëf, de achterkant hetzelfde in negatief. Juist die kleinste muntsoorten werden weinig bewaard en zijn dus zeldzaam en nauwelijks bekend. Dat maakt het interessante uit van de muntvondst van Dennenoord. Zo waren er een paar oordjes bij van Philips II, te Brugge geslagen, waarvan tot dan toe maar één exemplaar bekend was in een spaanse verzameling. De oudste van deze muntjes dateren van omstreeks 1480 (Karel de Stoute), de jongste van 1572 (de watergeuzen nemen den Briel in). De tijd waarin een muntschat begraven moet zijn, is ten naaste bij af te lezen uit de datum van de jongste munt. ‘Onze’ muntschat moet dus in het begin van de Tachtigjarige Oorlog verborgen zijn. De 2600 muntjes zijn verdeeld over ruim 130 soorten. Het grootste aantal bestaat uit muntjes van de stad Groningen, het aan de oostkant van de Dollard gelegen Oost-Friesland en van Jever, dat dichtbij over de Duitse grens ligt. Het hoogste bedrag wordt geleverd door muntjes uit Overijssel, nl. de steden Zwolle, Kampen en Deventer. Dan is er ook nog een groep muntjes uit Gelderland en de Rijnstreek rond Kleef. De totale waarde van de hele ‘schat’ moet in die tijd ongeveer 7 gulden zijn geweest.
Natuurlijk vraag je, je af: wie zou de eigenaar geweest zijn, die in de woelige jaren na de slag bij Heiligerlee al dit kleingeld in de grond heeft gestopt? Om een antwoord op die vraag te vinden, moeten we ons realiseren, dat grote munten in een groot gebied geldig of inwisselbaar waren, maar dat kleingeld alleen besteed kon worden in de streek van uitgifte. Wanneer iemand in de buurt van Groningen zoveel kleingeld bij zich had uit andere gewesten (Overijssel, Gelderland), dan moet hij het plan gehad hebben weer naar die streken terug te keren. Een dikke zakenman zal het niet geweest zijn, want zo iemand zal wel iets anders te verstoppen gehad hebben dan de allerkleinste waarden; al zijn die zeven gulden van toen wel honderd van nu. Zo kort na de paardenmarkt is het verleidelijk het volgende verhaal te vertellen: er was eens een marskramer, die met zijn koopwaar heen en weer trok tussen Kleef en Kampen en Groningen. Hij had gevent op de Zuidlaardermarkt en hoorde, dat in het Zuiden spaanse troepen opmarcheerden om het opstandige Holland en Zeeland in bedwang te houden. Daarom wilde hij ergens anders heen trekken, maar dar kon hij dat kleine geld niet kwijt. Geen nood: volgend jaar is er weer een paardenmarkt! Toen begroef hij enkele tientallen meters van de schapendrift zijn handelskapitaaltje in de grond. Maar de arme marskramer kwam nooit meer terug. Zo zou het gebeurd kunnen zijn, maar niemand weet of zal ooit weten, hoe het in werkelijkheid gegaan is.
De munten uit de vondst op Dennenoord zijn nu in het Provinciaal museum te Assen. Helaas zijn ze niet tentoongesteld. Wel konden we tijdens ons jubileum in 1970 een aantal van de muntjes bewonderen, die door de directie van het museum waren uitgeleend. Ook zijn er enkele op Dennenoord achtergebleven, die nu in het archief bewaard worden. Voor belangstellenden zouden we wel eens een kijk-uurtje kunnen organiseren. In vorige artikelen heb ik de naam al genoemd van Dr. H. Enno van Gelder. Deze kenner van de nederlandse muntgeschiedenis heeft de muntvondst van Zuidlaren bestudeerd en gedetailleerd beschreven in het Museumbulletin van 1956 van het Provinciaal Museum. Aan zijn studie heb ik de gegevens ontleend voor dit laatste van mijn reeks artikelen.

TANG

Enkele hellers uit Jever; deze muntjes zijn zo klein en dun, dat ze maar éénzijdig geslagen werden. Van dit type muntjes, maar dan van Groningen, waren er meer dan duizend in de muntvondst. Elk streepje op de foto is 1 mm (Foto: Provinciaal Museum te Assen)

blz. 14 – Puzzel – Inas – Overplaatsing per 1 november – Outspan

Informatie B.O.A. en Zuid-Afrika

W.F. v.d. Berg

Overplaatsing

Op 1 november 1974:

Zr. C. Brouwers, 1e jaars II. ziekenv.
Zr. A. v.d. Werf, 1e jaars II. ziekenv.
Zr. M. Wilts, 1e jaars II. ziekenv.
Br. L. Boon, 1e jaars II. ziekenv.
Br. W. Remkes, 1e jaars II. ziekenv.
Zr. L. Crost, 1e jaars II. ziekenv.

I.N.A.S. stagiaires

Het afscheid zullen we vanavond vieren,
om ons werk en vrije tijd op Dennenoord te sieren.
Niemand van ons zal in deze dagen nog veel aandacht aan het werk schenken,
we zullen nu alleen maar aan feesten denken.
Het werk heeft ons geleerd, dat schoonmaken je niet altijd interesseert.
Er zijn nog zoveel belangrijke dingen,
die wij als inrichtingsassistent wel te verstaan, niet bezingen:
Patiënten helpen, of met hen praten,
nee, dat kun je beter laten.
Worden wij met deze opleiding werksters?
Wij zijn liever INAS-sers en in onze taak schoonmaakbeperkers.
Wij kunnen op zoveel wijzen assisteren.
Schoonmaken hoef je toch niet in zo’n lange tijd te leren?
Moeder leerde ons dit ook al;
we staan van deze opleiding pal.
Toch zijn er op Dennenoord broeders van liefzijnde soort.
Dit was voor ons een pret,
daarom kwamen we wel eens laat op bed.
Het stage-gedeelte op Dennenoord hebben wij gered.
Wij zijn, dat hebben we geleerd,
in opruimen toch wel gesmeerd.
Dennenoord, minder mooie en leuke dingen,
we bewaren alles toch als goede herinneringen.
Die leuke dingen zijn voor alle INAS-stagiaires.
In vrije tijd niet alleen liefdesaffaires.
Of wel??
Dat hoor je dan snel.
Op Dennenoord, toch wel te verstaan,
kon het soms wel dol toegaan.

De I.N.A.S.-sers

Puzzel

Welke plaatsnaam schuilt hierin?
gavnreehags
roidnhuz
madnelov
vhnrneeeee
eodanghzo

Welk beroep schuilt hierin?
geaarrri
pamnook
trunjolia
trorsvsheegnceeo
lobravteel

Oplossing vorige puzzel

blz. 15 – Mutatie

MUTATIES

Adreswijzigingen

Geboren

Ingekomen

 

blz. 16 – Kerkdiensten – Vormingswerk – Advertenties – Reactie interview de heer Stelwagen

Reaktie

Het interview met Br. Stelwagen, die in het vorige nummer sprak met een redaktielid, heeft kommentaar uitgelokt. Velen spraken over ‘ouderwets’. Vooral de jongeren kunnen deze situatie niet meer plaatsten in deze tijd.

Door de vernieuwingen, waarover geschreven en gesproken wordt, zien ze meer heil in die vernieuwingen dan in het een stapje terug gaan. Ook wat betreft de verschillende diensten die in het ziekenhuis aanwezig zijn. Niet alleen de verpleging zorgt voor de patiënten, maar ook het vormingswerk, de geneeskundige dienst, de huishoudelijke dienst en verschillende andere diensten.

Al deze personeelsleden vormen een onmisbare keten voor de psychische en de somatische verzorging van de patiënt en de begeleiding.

Wat de huisvesting betreft, hierover heersen ook andere ideeën. Tegenwoordig wil men buiten de diensttijd zo leven als men zelf wenst. Het is wel waar dat de persoonlijke banden er door verslappen, maar het is toch geen reden dat er gemakkelijk konfliktsituaties kunnen ontstaan, zodat de patiënten er onder lijden. De strukturen zijn veranderd en vaak blijkt dat velen het er moeilijk mee hebben om zich aan te passen.

Ook de maatschappelijke struktuur is veranderd; de arbeidsvoorwaarden zijn beter geworden. Hetzelfde geldt voor de medische ontwikkeling; deze is aanmerkelijk verbeterd ten gunste van de mens die ziek is en in nood verkeert. Dit is een greep uit de vele reakties die ik hoorde en voor u opschreef. Mocht u een andere mening toegedaan zijn, grijp dan naar pen en papier en deponeer het in de bus op de bekende plaatsen. Het bleek wel dat velen over dit onderwerp nadachten.

H. van Dijk

DANK!

Voor de belangstelling bij ons huwelijk, willen wij u hartelijk bedanken.

Feikje en Klaas Koelstra-Schipstra

Mededelingen van het Vormingswerk

November 1974

  • Zaterdagmorgen 2 november is er weer een filmvoorstelling in de Grote Zaal van het vormingscentrum. Vertoond worden de kleurenfilms:
    • ‘Op reis in het land van Parijs’, een reis-impressie van Frankrijk
    • ‘Over champagne gesproken’, over hoe de druif champagne wordt
    • ‘Bedevaartsoorden in Frankrijk’, niet alleen Lourdes is een bedevaartsoord, zoals u in deze film kunt zien

Aanvang: 10.00 uur.
In de pauze koffie.

  • Dinsdagavond 12 november zullen voor ons optreden DE GRONINGER MINSTREELS. Gestoken in oud-Groninger klederdracht, zullen zij een gevarieerd muzikaal programma brengen, dat afgewisseld zal worden met de films:
    • ‘Het majestueuze Noord-Westen van Amerika’, en
    • ‘Groningen’, over de provincie Groningen

Aanvang: 19.30 uur.
In de pauze koffie.

  • Het Sinterklaasfeest zal dit jaar plaatsvinden op woensdagavond 4 december. Voor ons zal dan optreden de TONEELGROEP AMSTERDAM met de kluchtmusical ‘Karnaval in Oetel’. Wij kunnen u alvast beloven dat dit een fantastische avond zal worden.

Advertenties

Kerkdiensten

  • 3 november 9.45 uur: Ds. W.M van Lynden, kollekte voor ‘Kleine Geluiden’, 19.00 uur: Ds. W.M. van Lynden.
  • 10 november 9.45 uur: Ds. S.W.R. Polman, kollekte voor het Werelddiakonaat, 19.00 uur : Ds. S.W.R. Polman
  • 17 november 9.45 uur: Ds. M.J. Tang, kollekte voor de Stichtingsgemeente, 19.00 uur: Ds. M.J. Tang
  • 24 november 9.45 uur: Ds. J.W. Vlaanderen, kollekte voor Ho Shuk Wun, 19.00 uur: J.W. Vlaanderen

Verbouw Kerk/sportzaal

Zoals u in het vorige personeelsblad hebt kunnen lezen, zal de kerk met de hier achter liggende sportzaal verbouwd worden. Het is reeds zover. J.l. 16 oktober zijn we begonnen met de werkzaamheden, welke voordat de winter invalt, eigenlijk gereed moeten zijn, en wel de 3 dakkapels, welke boven de sportzaal aangebracht worden en 2 stuks raamkozijnen in de sportzaal, welke dichtgemetseld worden. Als we deze werkzaamheden gereed hebben, kunnen we, wat de winter betreft, doorwerken. Het is de bedoeling dat 1 december de laatste dienst in de ‘oude’ kerk wordt gehouden. Hierna hebben we 2 weken om de kerk te ontruimen: stoelen weg, banken slopen, orgel inpakken e.d. Na 6 december wordt dan in de gehele kerk een stalen steiger aangebracht, welke op 4 januari gereed moet zijn. Hierna brengen we in de gehele kerk een plafond van blank vuren sponningschrootjes aan, waarna de schilders zich over de steiger begeven en het nieuwe plafond en de spanten in de hiervoor uitgezochte kleuren ‘bewerken’. Uiteraard wordt het elektrisch en de c.v. ook aangepast, waarna de steiger wordt afgebroken en er nog diverse wijzigingen in de kerk en bijruimten worden aangebracht, maar hierover een volgende keer meer.

H. Kleyer
chef timmerbedrijf

Lentis Erfgoed is onderdeel van Lentis.