1979-05 – Personeelskrant Dennenoord – 7e Jrg. No. Mei

REDAKTIONEEL

Door een beoordelingsfout werd een artikel van onze hovenier, de heer J. Zoodsma, niet geplaatst in het maartnummer, zoals de bedoeling was. Het artikel gaf allerlei wenken t.a.v. ‘de tuin in de winter’. Het had niet zoveel zin om het in april te plaatsen, zei de heer Zoodsma, als een soort van mosterd na de maaltijd. Maar ziedaar, het was er toch! Graag bieden wij onze verontschuldigingen aan, zowel voor het één als het ander, en hopen dat de heer Zoodsma in de toekomst zijn gewaardeerde artikel niet achterwege laat!
Dit keer moet wegens plaatsgebrek een artikel van ‘Piet’ over de smaragd blijven liggen.

Redaktie

DANKBETUIGING

Bij deze mijn hartelijke dank aan de directie voor de attentie, die ik tijdens mijn ziekte heb ontvangen.

F. Erenstein

GEVONDEN

In de Wasserij: één bosje sleutels o.a. de garderobekast-kastsleutel nr. 132 en Abus hangslotsleutels enz.
Inlichtingen: toestel 431 (Timmerbedrijf).

OPROEP

Op de uitvoering van toneelgroep ‘Dennenoord’ zijn er foto’s gemaakt. Graag een verzoek om eventuele nabestelling te kunnen realiseren. Zou deze amateur zich willen melden bij de praktijk-docente A. Stobbelaar?

INTERVIEW

Met de heer R. van den Bout, oud-bestuurslid

• Red.: U bent onlangs afgetreden als bestuurslid van Dennenoord. Er is een periode afgesloten. Hoe lang bent U bestuurslid geweest?
  • v.d.B.: Zo’n kleine tien jaar.
• Red.: Dat is een hele poos, tien jaar. Dan kunt U, denk ik, ook daar wat van vertellen. Vond U het leuk om bestuurslid te zijn?
  • v.d.B.: Nou, dan zal ik eerst vertellen hoe ik daartoe gekomen ben. Ik ben technicus, ik heb het ontzettend druk gehad altijd en dan ga je helemaal op in je vak, dat is ontwerpen en uitvoeren, regelen en managen en gaat U maar door. En op een gegeven moment dan voel je, je toch niet helemaal tevreden, is dat nou het leven, de zin van het leven. Je dreigt eigenlijk echt materialistisch te gaan denken. Op een gegeven moment werd ik in Batavia benaderd voor het voorzitterschap van een kindertehuis Dorcas. Mijn moeder was daar bestuurslid van geweest, dus ik had bepaalde associaties met die inrichting, waarin allerlei Indische kinderen, die tussen wal en schip waren gekomen, werden opgenomen. Dus dat was eigenlijk het eerste bestuurslidmaatschap in dit sociale vlak. Ik ben naar Holland gegaan en toen kwam ik in Hoogeveen terecht. Toen ik werd gevraagd voor het lidmaatschap van het bestuur van een ziekenhuis, ik heb het gedaan, om eens wat anders te doen, ook m’n vrije tijd in ieder geval eens te besteden aan dingen, die je normaal toch in je werk niet doet. Het is geen hobby, in tegendeel. Ze kregen me vroeger nooit een ziekenhuis in, die lucht alleen al. En toen ze me vroegen had ik in zekere zin toch wel een drempel te overwinnen. Dat was in ’51, in een tijd dat alles zich nog herstellende was van de gevolgen van de oorlog. Er was dus een ontzettende hoeveelheid werk te doen, ook bouwkundig en technisch. Zodoende ben ik in de gezondheidszorg terecht gekomen. Ik ben dertien jaar voorzitter geweest van die vereniging. Ik heb eigenlijk ook de ontwikkeling meegemaakt naar de moderne tijd. Vroeger was je een soort regent en was er eigenlijk voor de direktie niet veel plaats, die had maar te doen wat het bestuur zei. Ik bedoel dit in de goeie zin van het woord hoor, er waren wel goede verhoudingen, maar in wezen was het toch het bestuur dat het laatste woord had. Een diskussie was dikwijls niet mogelijk. Goed, toen ben ik hier gekomen. Ik ben door Postema gevraagd voor Dennenoord. Ik heb op dezelfde gronden dit gedaan en kwam hier op Dennenoord terecht. Als U mij vraagt wat is de eerste indruk geweest: nou toen ik in die kamer kwam met die hoge stoelen en onze goeie beste Smallenbroek daar zag zitten had ik de indruk: dit is een regentenzaak. Ik heb het toch met plezier gedaan, in die zin: je vormt als bestuur op een gegeven moment toch een team, dat helemaal op elkander afgestemd is. Je probeert met z’n allen het beste eruit te halen voor Dennenoord, uiteraard met de direktie.
• Red.: U hebt dus gezegd dat bestuurslidmaatschap persoonlijk voor U zin had. Stel nu eens dat zo’n bestuur verdwijnen zou, zou er dan iets wegvallen, waarvan U zegt: dat kan niet gemist worden?
  • v.d.B.: Ik geloof het wel, al was het alleen hierin, dat er nooit een beroepsmogelijkheid is van het instituut. Er wordt gewerkt, er worden fouten gemaakt, er komen moeilijkheden, er moet natuurlijk leiding zijn. Maar er is dan nooit beroepsmogelijk naar boven toe, over de leiding heen.
• Red.: Komt dat vaak voor, dat op U als bestuur een beroep wordt gedaan?
  • v.d.B.: Nee, dat geloof ik niet, maar het feit, dat wij in al die moeilijkheden gekend worden, dat zegt op zichzelf toch al genoeg. Als de direktie met moeilijkheden zit, dat zij dit rustig kan bespreken met en in het bestuur. Ik heb het gevoel, dat het voor een direktie toch wel een rustig idee is dat er een bestuur is, dat verantwoordelijk is. Toch is het zo, dat de mensen in Dennenoord, deskundigen eigenlijk, de hele ontwikkeling bepalen, want die hebben er voor te zorgen dat ze bijblijven, dat er investeringen gedaan worden en maatregelen genomen worden. Maar als er wat gebeurt, dan is het bestuur van Dennenoord verantwoordelijk.
• Red.: U zegt dus: het bestuur is tenslotte verantwoordelijk? Hebt U het gevoel als bestuur, dat U zoveel greep op het gebeuren hebt, dat U inderdaad verantwoordelijkheid dragen kunt? Bent U zo bij de zaken betrokken?
  • v.d.B.: Gelukkig zijn we er niet zo bij betrokken, want dan zouden we geen nacht slapen. Als er kritiek komt op een bepaald soort behandeling van een patiënt, dan is het bestuur verantwoordelijk, tenzij het bestuur altijd maatregelen genomen heeft dat dergelijke dingen niet kunnen voorkomen.
• Red.: Zoals laatst vermeld in de pers. Bent U als bestuur daarvoor ook aangesproken?
  • v.d.B.: Over deze zaak weet ik niets, dat was nadat ik was weggegaan. Maar in ander verband, d.w.z. in andere bestuursfuncties wel degelijk.
• Red.: Goed, ik dacht dat we het hierbij moesten laten. Hartelijk dank!

J.W. Vlaanderen

• Wat is het nut in de toekomst van de B-opleiding?
• Voldoet de service-opleiding van Dennenoord hieraan?
• Wanneer wordt de B-opleiding verdrongen door MBO-V en HBO-V?

De redaktie denkt dat Personeelszaken zinnige dingen kan zeggen n.a.v. deze vragen.

BIJ EEN ZILVEREN DIENST

Op 1 februari 1979 was het 25 jaar geleden dat de eerste psycholo(o)g(e) werd aangesteld binnen de medische staf van de psychiatrische inrichting Dennenoord.
De redaktie van de Personeelskrant verzocht mij om hieraan een artikel te wijden. Aangezien onze eigen viering nog plaats moet vinden bij gelegenheid van een (voorgenomen) werkbezoek aan de psychologische afdeling van een zusterstichting door ons ‘elftal’ biedt dit mij de kans om met u terug te zien op 25 jaar psychologische (nu: Psychologisch-Agologische) Dienst. Voor deze krant wil ik stilstaan bij ontstaan en ontwikkeling tot nu nog toe: een terugblik dus. Het tweede deel van dit artikel, naar ik hoop volgende maand, beoogt meer een persoonlijke evaluatie.
Welnu, na intrede van respektievelijke mw. Abbas en mw. (Jongsma-) Tieleman met welke dames(!) ik niet heb samengewerkt, werd medio 1956 collega Bert Dijk aangesteld, die m.i. als de eigenlijke pionier van de psychologische afdeling gezien moet worden.
De werkzaamheden bestonden hoofdzakelijk uit (test) psychologische bijdragen (rapporten) aan de psychiatrische diagnostiek van recent opgenomen patiënten. Als opname-paviljoen heeft voor mijn tijd nog Paviljoen 13 en later het Noorder Sanatorium dienst gedaan. In het N.S. ‘aan de mannenkant’ had Bert dan ook zijn kamer. Naast hem beschikte mw. H. Boer (toen nog Hilda Doornbos) over een test- en administratie-kamertje. Beide ruimten hebben inmiddels een andere bestemming gekregen.
Bert Dijk kreeg in het begin van de zestiger jaren een collega naast zich, mej. Tiny (Kapteyn-) Edelman. Haar volgde ik op in augustus 1963. Inmiddels was het Zuiderpaviljoen het opname paviljoen geworden en hierin had Tiny – gezien de werkverdeling – dan ook haar kamer.
Door uitbreiding der werkzaamheden i.v.m. een toenemend aantal opnames en ontslagen (en dus ‘aanvragen voor psychologisch onderzoek’) werd aanstelling van een derde psycholoog noodzakelijk, mede door de extra-murale en wetenschappelijke (proefschrift) aktiviteiten van Bert; collega Sicco de Jong trad najaar 1967 in dienst.
In die tijd ontstond een werkverdeling onder psychiaters waarbij alle zes opname-, voortgezette behandelings-, ‘chronische’ en bejaarde patiënten behandelen, zodat een patiënt in zijn ‘gang door de psychiatrie’ bij één arts kon blijven en waarbij tevens alle soorten werk (-belasting) evenredig verdeeld werden. Dit hield in dat met kamers in het Zuiderpaviljoen gewoekerd moest worden. Toen Sicco in eerste instantie het Zuiderpaviljoen behartigde, lag het voor de hand dat ik mijn kamer-heil elders zocht. Ik vond dit bij Zuster Van der Sloot, wier gast ik ruim een jaar in Paviljoen 22 ben geweest. Bert werkte veel aan de voltooiing van zijn dissertatie over ‘intelligentie en intelligentie-verval’. Al tijdens het diktoraat-Doff was de behoefte ontstaan om psychologen niet alleen aan de ‘nieuw-opgenomen’ten goede te laten komen (hoewel kwa opleiding hiertoe de belangrijkste aanknopingspunten bestonden inzake psychodiagnostische kennis). De zogenaamde ‘chronische’ (lelijk woord) patiënt verdiende evenzeer aandacht, aldus Dokter Doff. En dit proefschrift was o.a. van deze gedachte het resultaat. (Terzijde: de meeste van onze plm. 4000 afgenomen psychologische resp. agologische onderzoeken betreffen de opname). Onder het direktoraat De Wilde is later (1967) een kommissie inventarisatie chronische patiëntenbestand ingesteld, waarvan artsen, verpleegkundigen en een psycholoog deel uitmaakten, welke kommissie op dit spoor (aandacht voor chroniciteit) doorging. Onder het direktoraat-Schroor is tenslotte de uitbreiding van het aantal sociale wetenschappers gevolgd, waarbij de psychologen (en later ook de agoog) bij andere dan opname-afdelingen in teams werden betrokken. Maar nu loop ik vooruit.

In 1969 betrok onze afdeling het huidige psychologische centrum, de vroegere woning van de hoofdboekhouder de heer v.d. Berg. Aanleiding was de gedecentraliseerde situatie van psychologen, assistentes (herinnert u zich nog Ineke Nieboer, Henny Oostijen?), archief en administratie. Centralisering was het parool. Er was grote medewerking van de toenmalige geneesheer direkteur Dr. J.A. de Wilde. En vooral de technische dienst o.l.v. de heer Garst heeft alles gedaan om het ons naar de zin te maken: 3 stafkamers, 2 assistente-testkamertjes en 2 stagiaire-kamertjes, een administratie en archiefruimte, een keukentje en een ruimte voor sanitaire pauzes. Uitbreiding van het aantal medewerkers was niet denkbaar. Het huis was trouwens ook vol, maar we hadden een thuisbasis. In het nieuw te bouwen ‘medisch en psychologisch centrum’ zal ook de P.A.D. (huidige Personeelscentrum) komen.
Datzelfde jaar 1969 zette echter tevens een andere ontwikkeling in. Het woord team was opgedoken. Team-verband betekende meer onderling verband tussen al de bij de diagnostiek en behandeling betrokken. Wij psychologen hadden bij deze ontwikkeling ook het grootste belang, afgezien van het feit dat dit naar veler oordeel de patiënten ten goede moest komen op grond van de verwachte betere koördinatie, onderlinge afstemming, fasering en arbeidsvreugde der betrokken medewerkers. Psychologen kwamen hiermee uit hun test- en rapporteringskamers. Zeker, in de Medische Commissie en in de toenmalige Stichtingsraad waren ze vanmeetaf aan opgenomen, maar dit had meer een informatie-, overleg- en advies-karakter. Nu pas deden ze mee in het dagelijks gebeuren in het paviljoen. Een aantal van ons kreeg ook een kamer op de ‘eigen’ afdeling. Het waren de toenmalige afdelingsarts G.D. Schroor en afdelingshoofd broeder A. Miedema, die in Paviljoen 9 (aanvankelijk voorzichtig 1 x per 14 dagen) tot dit teamverband overgingen. Overigens waren er koppelingen ontstaan tussen enerzijds twee psychiaters en anderzijds één psycholoog, op basis waarvan dit teamverband zich kon ontwikkelen. Deze koppelingen waren op ‘instignatie van ons gemaakt teneinde de ‘aanvragen voor psychologisch onderzoek’ redelijk te verdelen. Later is deze funktionarissen-koppeling van psychologen aan bepaalde paviljoens. Nog beter zal zijn om een psycholoog / agoog te koppelen aan een bepaalde (sub) funktie en behandel- of bejegeningsklimaat (en dus noch aan de psychiater, noch aan een verpleegteam, noch aan een gebouw) maar dan loop ik – in deze kroniek – al vooruit op mijn evaluatie.
In 1979 versterkte de oud-stagiaire collega Evert Bergsma onze gelederen, die de inmiddels gebouwde Enk (behalve Noorder Sanatorium mannen) ging bedienen met daarnaast – eigenlijk vooral pro forma – een aantal andere paviljoenen. Het was nl. het streven van de direktie om elk paviljoensteam van een psycholoog te voorzien.
In 1972 na het vertrek van geneesheer-direkteur De Wilde verliet ook collega Dijk ons. V.w.b. het psychologisch werk vervulde collega Adriaan Bokhout de vakature. V.w.b. het koördineren werd begin 1973 ondergetekende zijn opvolger: ‘primus inter pares’ (eerste, oudst aanwezende onder zijns gelijken) en tevens hoofd van het Psychologisch Centrum (huis, assistentes, stagiaires i.h.a.).
Van 1973 tot 1977 heeft een verdubbeling van het aantal sociale of gedragswetenschappers plaatsgevonden. Steeds trachtten wij een bepaalde taak, werkgebied, patiëntenpopulatie af te splitsen als voornaamste aandachtsgebied. Zo werd collega Gerard Lammers als ortho-agoog aangetrokken voor de zwakzinnigen met gedragsstoornissen. Collega Cees Timmer kreeg de bejaarden voor izjn rekening. Collega Jan Smid werd docent en kreeg al het onderwijs (half-time baan) te geven + voortgezette behandeling resp. chronische patiënten. Collega Gerard Steegstra kreeg eveneens een gedeelde taak: als psychomotore therapeut in de psychologie afstuderend behield hij voor ongeveer een kwart van zijn tijd bemoeienis met de P.M.T. en voor het overige werd hij aangetrokken voor de verblijfs- (woon- en woonvoorbereidings) -paviljoens. Samen met collega Gerard Lammers heeft hij ook bemoeienis met ernstig gedragsgestoorde patiënten. In ’77 / ’78 / ’79 melden wij als vakature 2e ortho-agoog (eveneens voor oligofrenen en ernstig gedragsgestoorden), terwijl voor een 2e geronto-psycholoog (b.g.g. naast g.g.b.) werk bestaat.
De ontwikkeling staat niet stil. In de zeventiger jaren hebben de meesten der gedragswetenschappers zich toegelegd op psychotherapie-opleiding en praktijk. Van de totale werktijd der plm. 1½ funktionaris worden afgetrokken voor ambulante poliklinische, psycho- (of gedrags-) therapeutische hulp. Zoals gezegd ½ voor onderwijs. Blijven voor de kliniek 6 funktionarissen. Zij doen hun werk in nauw overleg en met grote daadwerkelijke en morele steun van de huidige assistentes mw. Feikje Koelstra-Schipstra en mw. Liesbeth de Weme-Briggeman voor de psychologen en mw. Ineke Beukema-Douwes voor de ortho-agoog. Een half-time vakature, in de geronto – psychologische / nenuropsychologische hoek ontstaan, leek aanvankelijk onnodig te vervullen maar is inmiddels wel weer gemeld bij de direktie.
Dit eerste deel is lang geworden. Het tweede deel zal me de gelegenheid bieden een aantal persoonlijke evaluatie-opmerkingen te maken, die u hopelijk beter – tegen deze historische achtergrond kunt verstaan.

P. den Hartog

INVOERING TWEEDE FASE KINDERBIJSLAG / AFTREK

HET IS MAAR DAT U HET WEET!

Bril-reparaties:
Brilmonturen willen bij een ongelukje nogal eens breken. Vooral bij kinderen komt dat vaak voor.
Als het om kunststof gaat zal in veel gevallen ACETON goede resultaten geven. Het is geen lijm, maar als we te lijmen delen enkele seconden in de aceton dompelen, wordt het materiaal week en smelt.
Houden we de te lijmen delen nu enige tijd tegen elkaar, dan wordt het materiaal hard en ontstaat een hechte binding.

Goed afsluiten:
Flessen met vluchtige bestanddelen moet u zorgvuldig afsluiten om ‘vervlieging’ te voorkomen. Een tip: u krijgt een hermetische afsluiting door de kurk even in gesmolten paraffine te drenken (theelichtje).

Geluidsbanden:
Banden zijn iet gevoelig voor vocht, maar wel voor magnetische velden. Hou ze uit de buurt van magneten, maar ook van transformatoren die in elektrische apparaten voorkomen. Deze wekken, als er stroom doorheen loopt, een magnetisch strooiveld op.
De gunstige temperatuur ligt tussen 25-50 gr. C. Bij een hogere temperatuur treedt het kopieereffekt op. De boven en onder liggende bandlaag neemt dan magnetische impulsen over.

Kent u meer van deze nuttige wenken?
Laat ze ons weten! Misschien is uw wenk een antwoord voor een andere lezer.

H. van Dijk

Aan de lezer

• Voor het eerst verschenen wij met de leerlingenkrant in de personeelskrant.
• Voor het eerst vergaderen wij volgens de werkwijze zoals die afgedrukt staat in de vorige krant.
• Voor het eerst vinden jullie een schrijven van en over de praktijkbegeleiding.
• Voor de zoveelste keer is de leerlingenraadvergadering onderbezet geweest, omdat er maar 7 leden waren.
• Voor de zoveelste keer wordt er actie gevoerd voor meer personeel in de gezondheidszorg (12 mei a.s.).
• Voor het eerst zullen er geen A en Z gediplomeerden deelnemen aan de B-opleiding vanaf september 1979.
• Voor veel leerlingen zit het verslagen maken er weer op, anderen kunnen weer beginnen (maart-groep).
• Voor de zoveelste keer zijn er verslagen te laat ingeleverd.
• Voor de notulen van de vijfde vergadering 1979 kijken jullie in deze krant.
• Voor informatie over de leerlingenraad kijken jullie in de leerlingenkrant van april en zoeken daar een telefoonnummer uit en vraag naar de persoon die voor dat nummer staat.
• Voor de zoveelste keer is het, dit jaar, slecht weer terwijl ik dit zit te schrijven.
• Voor degene die het vervelend gaat vinden stop ik en wens ieder mooi weer en een prettige en zinvolle dag van de verpleging toe.

De redaktie

Notulen van de vergadering van de leerlingenraad, gehouden op 1 mei 1979 in De Schakel.

Aanwezig:

• Jelle de Haan;
• Suzan Jorna;
• Tineke Wierda;
• Anne v.d. Veen;
• Jaap ter Velde;
• Albert Haijema;
• Jappie Kuipers.

Met kennisgeving afwezig:

• Izaac Bos;
• Gertie Prins;
• Marjan Bouwmeester;
• Pier Hiemstra;
• Hèléne van Ooijen;
• Johan Dusink;
• Sjoerd Venema.

• Opening:
  • Jaap te Velde is deze keer gespreksleider. Aane v.d. Veen werd van harte welkom geheten, hij vertegenwoordigd de SII groep en is tevens adviserend lid van de O.R. in de leerlingenraad. Het is jammer dat er zo weinig mensen aanwezig waren, hopelijk komt dit niet meer voor, want het belemmerd natuurlijk wel de vooruitgang van diverse zaken.
• Notulen:
  • Er zijn erg weinig reakties gekomen op het feit dat de mededelingen van de leerlingenraad nu voor de eerste keer in het personeelsblad zijn verschenen. De enkele reakties die binnen gekomen zijn waren positief. Zie verder het agendapunt: Secretariaat en redactie.
• Ingekomen stukken en mondelinge mededelingen:
  • Er is een stuk binnengekomen van de actiegroep C.O.Z.; de O.R. heeft dit ook ontvangen. In dit stuk wordt medegedeeld dat er 12 mei (de dag van de verpleging) in Utrecht gedemonstreerd zal worden onder het motto: ’12 mei, meer personeel erbij’. Als deze notulen gedrukt worden is het al 12 mei geweest, desondanks hebben we geprobeerd wat bekendheid aan deze zaak te geven. De leerlingenraad adviseert om deze actie te steunen want het gaat hierom een belangrijk probleem.
  • De mededeling is binnengekomen dat ons zeer gewaardeerde mederaadslid Jappie Kuipers in het huwelijk gaat treden en wel met Els v.d. Schaaf. Dit gaat gebeuren op 25 mei te Oostwold.
  • Er is een brief binnengekomen van een leerling met beoordelingsmoeilijkheden, wat tot ontslag leidde. Afdeling contact neemt dit in behandeling.
• Afdeling secretariaat / redactie:
  • Er zal besproken worden om de lay-out van de notulen e.d. in de personeelskrant wat aantrekkelijker te maken.
  • Tevens zal worden geprobeerd om deze op de middenpagina te krijgen zodat je de notulen eruit kan lichten.
  • Er werd op gewezen dat de rubriek ‘vragenbaak’ in de personeelskrant ook door ons (alle leerlingen dus) kan worden benut.
• Afdeling radio:
  • Er zal een ‘brief’ worden opgesteld omtrent enkele organisatorische zaken en de verantwoordelijkheden van de ons beschikbare gestelde zendtijd. Elke eerstvolgende donderdag na een vergadering van de leerlingenraad krijgen we 15 tot 20 minuten zendtijd, dat wordt dan de eerste donderdag van de maand. De inhoud kan de afdeling radio helemaal zelf bepalen en is hiervoor zelf verantwoordelijk.
  • Aan alle leerlingen: luister de eerste donderdag van de maand om 9.30 uur eens naar radio ‘Dennenoord’, het is de moeite waard!
• Afdeling O.R.:
  • Op het ogenblik zijn in de O.R. geen zaken aan de orde die direkt betrekking hebben op zaken van de leerlingen. Momenteel wordt in de O.R. gepraat over vervangende dienst voor dienstweigeraars en uiteraard over de reorganisatie. Over dit laatste brengt de O.R. binnenkort een verslag uit.
• Afdeling ledenwerving:
  • De leden van deze afdeling waren helaas niet aanwezig.
• Afdeling overleg:
  • Op 10 april vond er een gesprek plaats met Zuster Risseeuw, hierin kwam aan de orde:
    • de nieuwe werkwijze van de leerlingenraad. Zuster Risseeuw kon hiermee instemmen.
    • vertegenwoordiging van elke groep (cursus) in de leerlingenraad. Dit is nog niet het geval, terwijl het wel zou moeten. Er zal nog over worden gesproken hoe dit kan worden bereikt, hierin is een belangrijke taak weggelegd voor de afdeling ledenwerving.
    • er wordt gewerkt aan een herziening van het reglement voor de B-opleiding, i.v.m. de tentamens. Dit omdat de invoering van tentamens een veel groter beeld van de studie van het jaar geeft, dan als het examen. En de leerlingen hebben meer zekerheid (want je hebt meer cijfers) bij het examen. Want als je erg zenuwachtig bent, ben je misschien gezakt.
    • ook het reglement voor de ziekenverzorging wordt nu gemaakt. Dit is echter een hachelijke zaak, daar de wettelijke voorschriften elk moment gewijzigd kunnen worden.
    • dit jaar september wordt er niet gestart met een nieuwe A-Z groep, dit is economisch niet haalbaar i.v.m. een daling van het aantal patiënten.
    • Zuster Risseeuw zal uitzien naar een typemachine die door ons gebruikt zal kunnen worden.
    • op 27 april vond er een gesprek plaats met dhr. Nieuwland. Ook dhr. Nieuwland betoonde zijn instemming met de nieuwe werkwijze van de leerlingenraad. Tevens sprak hij zijn goedkeuring uit over onze eerste verschijnen in het personeelsblad.
    • verder gaf dhr. Nieuwland wat adviezen betreffende de herziening van ons reglement, dit verkeert echter nog in een te vroeg stadium om hierover wat te zeggen.
  • Rondvraag:
    • Geen.
  • Sluiting:
    • De volgende vergadering is op 5 juni om 15.00 uur in de Schakel.

• Agenda voor de volgende vergadering op 5 juni om 15.00 uur in de Schakel:
  • Gespreksleider van deze vergadering is Jaap te Velde.
    1. Opening
    2. Notulen en de krant
    3. Mondelinge mededelingen / ingekomen stukken
    4. Afdeling secretariaat / redaktie
    5. Afdeling radio
    6. Afdeling ondernemingsraad
    7. Afdeling ledenwerving / PR
    8. Afdeling overleg / contactgroep directie en de opleiding
    9. Afdeling bijstelling reglement en begroting
    10. Verslag groepsvertegenwoordigers (cursusgroep)
    11. Overplaatsing leerlingen
    12. Rondvraag
    13. Sluiting

PRAKTIJKBEGELEIDING

enkele keren is ons gevraagd iets in de leerlingenkrant te schrijven over de praktijkbegeleiding in ‘Dennenoord’.
Het heeft misschien wat lang geduurd voor dat wij aan dat verzoek gehoor gaven, hiervoor verontschuldigingen.
Oorzaak is dat we als praktijkbegeleiding in een fase van ontwikkeling en opbouw zijn. In zo’n ontwikkelingsperiode, in welke wel alle ingrediënten voor het geheel aanwezig zijn maar waarin het juiste recept nog niet bekend is, is het erg moeilijk om iets concreets op papier te zetten.
Op het ogenblik denken we zover te zijn dat er iets te schrijven is. Welnu, wat is praktijkbegeleiding en wat doet zij?
De praktijkbegeleiding fungeert tussen de theorie en het praktijkveld. Zij heeft een eigen identiteit binnen het opleidingsgebeuren, die gewaarborgd wordt door het feit dat zij een zelfstandige dienst is. Deze zelfstandigheid is noodzakelijk om rolonduidelijkheden en de daaruit voortvloeiende rolspanningen te voorkomen.
In de wet betreffende de regeling opleiding diploma B Ziekenverpleging staat o.m.: ‘De practische opleiding op de afdeling dienst plaats te vinden onder begeleiding van een daartoe aangewezen verpleegkundige’. (art. 16-2).
Deze verpleegkundige is vrijgesteld van werkzaamheden op de afdelingen waar door hij zich afstandelijker kan opstellen t.a.v. het afdelingsgebeuren.
Zodoende wordt voorkomen dat hij verstrikt raakt in het afdelingsgebeuren en onderhevig is aan de voortdurende dreiging om ingeschakeld te worden bij het practisch meewerken.

Deze onafhankelijkheid van de praktijkbegeleiding zowel m.b.t. de afdelingen als de opleiding – waarvoor zij zelfstandig georganiseerd moet zijn, zodat zij een gelijkwaardige gesprekspartner is – geeft ook voor leerlingen duidelijkheid, waardoor het vertrouwen bevorderd wordt.
Want de basis voor een goede begeleiding is het vertrouwen dat een leerling in zijn begeleider kan stellen.
De praktijkbegeleiding heeft tot taak het begeleiden van leerlingen in hun praktijk-leersituatie naar kennis, kunde en attitude waardoor een integratie van theorie en praktijk mogelijk wordt. Begeleiden is: op weg vergezellen, ondersteunen. Dit houdt in dat met behulp van het overzicht praktische opleiding (het vroegere praktijkrapportenboekje) en aan de hand van geïnventariseerde leermogelijkheden op de afdelingen, omschreven in leerdoelen de theorie herkenbaar gemaakt wordt in de praktijk, zodat de leerling een richtsnoer heeft voor zijn te volgen leerproces. Door dit proces regelmatig met de leerling te evalueren kan nagegaan worden wat hij / zij nog zal moeten leren. Voor het verwezenlijken van dit alles vindt regelmatig overleg plaats met de afdelingen en met de opleiding.
Uit een reactie van enkele leerlingen in de leerlingenkrant menen wij te mogen opmaken dat de leerlingen niet ongelukkig zijn met de praktijkbegeleiding en dat zij het eigenlijk betreuren dat ook praktijkleerperiodes doorgemaakt moeten worden in afdelingen waar (nog) geen praktijkbegeleiding functioneert. Ook wij vinden dit spijtig: er is iets met een leerling opgebouwd wat door ons niet kan worden voortgezet. In elk geval zijn dergelijke reakties een stimulans om door te gaan op de ingeslagen weg.

De praktijkbegeleiding
‘Dennenoord’

CONVERSATIE

• Hoe staat het met de reaktie’s uit het veld?
  • Hoe bedoel je, mondeling, schriftelijk of copy voor de krant?
• Nou eigenlijk alle drie, maar vooral copy voor de krant.
  • Daar is het goed mee, iedere maand hebben we moeite met de ruimte in de krant zodat we heel véél ingezonden stukken moeten selecteren en de mondelinge reaktie in vragen die door de raad besproken dienen te worden, zijn in een vergadering niet te doen, zo druk is het.
• Ja is het werkelijk?
  • Natuurlijk niet, ik maak maar een grapje.
• Interesseert het je dan niet zo?
  • Ja, mij wel, maar die mensen, onze collega’s waar we het uiteindelijk voor doen, schijnbaar niet.
• Dat is een teken dat ze allemaal tevreden zijn.
  • Dat zou je wel zeggen, maar hoor ze kankeren over dit en over dat.
• Nou dan is er toch genoeg te doen voor de raad, ik bedoel, op dat gekanker in te gaan.
  • Ja, dat zeg jij maar als ik dan zeg, ‘ik zal het met de raad bespreekbaar maken’ dan zeggen ze, doe maar niet wat jullie kunnen er toch niets aan doen. Bovendien wordt er niet naar jullie geluisterd en is de zaak voor de afdeling.
• Wat voor zaken zijn dat dan die op de afdeling besproken moeten worden?
  • Dat zeg ik niet, want ik wil ons gesprekje in de krant afdrukken en als ik dan zeg wat ik bedoel, dan ben ik eerlijk, en daar help je geen enkel obstakel mee uit de weg.
• Dat vindt ik onredelijk van je.
  • Juist. Ja, en zo hoort het ook.
• Maar dan vind ik wel dat je vreemd aan het redenen bent, ik snap het niet.
  • Dat is ook de bedoeling. Je moet er eens goed over peinzen wat ik bedoel. Eens bij jezelf nagaan waar je mee bezig bent en wat je ergert in je werk en bijkomende zaken, en dat allemaal eens op een rijtje zetten, punt voor punt, kleine en grote onredelijkheden. Als je dat gedaan hebt, probeer er wat aan te gaan doen, en je zult ontdekken dat je tegen een muur loopt of naar het arbeidsbureau. Ga daarom georganiseerd te werk. Kom met je rotzooi op tafel. Het mag anoniem.
• Maar ik ben lid van de vakbond.
  • Ach man, dat zegt zo weinig, kijk maar wat de vakbond gedaan heeft voor gedupeerden.
• Denk je dat er wat aan te doen is?
  • Tuurlijk wel, als maar met z’n aller er iets aan doet en erover denkt en tot overleg en uitvoering komt.
• Zullen we wel moeten. Individueel wordt je al gauw met een kluitje in het riet gestuurd, maar als groep zullen ze moeten luisteren.
  • Ja, dat is zo. Oké, ik ga weer aan het werk. Tot kijk.
• Werk ze.

Mij en ik

ZEEVISSEN

Op vrijdag 15 juni willen wij (bij voldoende deelname) voor de liefhebbers onder het personeel, een zeevisdag organiseren. We gaan met een boot vanuit Den Helder de Noordzee op. Vertrek boot: 8.00 uur v.m. Het wordt nog bekeken, hoe we het vervoer gaan regelen, doch hoogstwaarschijnlijk met particuliere wagens. Wat de kosten betreft: (en dan baseren we het op een groep van plm. 24 personen):

• Boot: per persoon f 27,50, reductie S.O.P. f 10,- is f 17,50
• Vervoer part. auto’s: per wagen plm. f 50,-, reductie S.O.P. f 25,- per wagen, resterende f 25,- door inzittenden gezamenlijk met de chauffeur af te rekenen.
• Hengel: deze mag u meenemen, maar U kunt hem ook op de boot huren à plm. f 7,50 per dag.
• ‘Natje en droogje’: zelf voor zorgen.
• Resterende afspraken hoort U nog na opgave en betaling van f 17,50 per persoon in de Schakel.

Opgave tot 8 juni. Verdere inlichtingen bij H. Kleyer, tst. 431.

Namens de S.O.P.
H. Kleyer

Aktiviteiten S.O.P.

• Juni:
  • 1 juni: Bus-dagtocht
  • 6 juni: Filmmiddag / avond
  • 15 juni: Zeevissen
• Augustus:
  • Fietspuzzeltocht
  • Wadlopen
• September:
  • Dropping
  • Klaverjassen
  • Film
  • Bejaardendag
• Oktober:
  • Film
  • Avondspel
  • ‘Schakelactiviteiten’
• November:
  • Klaverjassen
  • Ruilbeurs
  • ‘Schakelactiviteiten’
• December:
  • Kindermiddag
  • Film
  • Algemeen: Toernooien Nrd. Ziekenhuizen

KLAVERJASSEN

Uitslag prijskaartwedstrijd van de klaverjasclub, gespeeld op dinsdag 8 mei.

1. Dhr. v.d. Hoek – 5510
2. Dhr. Boekweg – 5458
3. Dhr. Schuurman – 5188
4. Dhr. Galliard – 4940
5. Dhr. Habing – 4931
6. Dhr. Kranenborg jr. – 4757
7. Dhr. Erenstein – 4743
8. Mevr. Jager – 4613
9. Dhr. Kleyer – 4598
10. Dhr. Zondervan – 4439
11. Dhr. Ter Horst – 4368
12. Mej. Atema – 4353
13. Dhr. Jager – 4269
14. Dhr. Hovenkamp – 4230
15. Mej. Scholtens
16. Dhr. Dekker – 4066
17. Dhr. De Jonge – 4059
18. Mej. Poelstra – 4020
19. Dhr. Kranenborg sr. – 3822

Uitslag klaverjassen seizoen ’78 / ’79.
Er is in totaal 32 x gespeeld dit seizoen en na deze 32 x keer kwam de uitslag als volgt naar voren.

1. Dhr. Schuurman – 4897
2. Dhr. V.d. Hoek – 4737
3. Dhr. Boekweg – 4721
4. Dhr. Kranenborg jr. – 4685
5. Dhr. Erenstein – 4675
6. Dhr. Dekker – 4520
7. Dhr. Ter Horst – 4501
8. Dhr. Galliard – 4500
9. Dhr. De jonge – 4491
10. Dhr. Zondervan – 4482
11. Dhr. Habing – 4428
12. Dhr. Kranenborg jr. – 3993

MUTATIES

PUZZELPAGINA

KERKDIENSTEN IN DE ONTMOETINGSKERK

• 3 juni, 9.45 uur (1e Pinksterdag): Ds. J.W. Vlaanderen m.m.v. ‘Lovende stemmen’ uit Sellingen o.l.v. H. de Muinck, Kollekte voor de zending.
• 4 juni, 9.45 uur (2e Pinksterdag): Ds. W.M. van Lynden.
• 7 juni, 15:30 uur: Eucharistieviering in het Vormingscentrum. Pastoor F. Sleegers.
• 10 juni, 9.45 uur: Ds. J.W. Vlaanderen, kollekte voor Ho Shuk Wun, 19.00 uur: Ds. J.W. Vlaanderen.
• 17 juni, 9.45 uur: Ds. W.M. van Lynden, kollekte voor Kleine Geluiden, 19:00 uur: Ds. W.M. van Lynden.
• 24 juni, 9.45 uur: Ds. S.W.R. Polman, kollekte voor Nes Ammin, 19:00 uur: Ds. S.W.R. Polman.

ADVERTENTIES

ORGELCONCERT IN DE ONTMOETINGSKERK

CONCERT
29 MEI – 20.00 uur

Chr. Zuidlaarder Mannenkoor, Geref. Kerkkoor Zuidlaren.
Orgel: Wim Opgelder
Trompet: Wolter Strijker
Nede. Herv. Kerk te Zuidlaren
Gratis toegang

SLOTBAL STIJLDANSEN

Vanaf 1 maart hebben danslustige beginners en zij die er al iets van konden zich iedere donderdagavond op de vloer gewaagd, om zich onder deskundige leiding van Wim Swam en zijn partner Marian een aantal dansen eigen te maken. Ontspanning ging met inspanning gepaard.
Aan alles komt een eind en zo was het zaterdag 12 mei: SLOTBAL.
Nu konden we, met begeleiding van ‘The Crackers’ uit Groningen, het geleerde: quickstep, cha-cha-cha, Engelse- en Weense wals volop in de praktijk brengen. Er waren niet veel ‘kursisten’ die ontbraken en ook enkele ‘niet-kursisten’ hadden aan de uitnodiging gevolg gegeven. Dit hadden er gerust meer mogen zijn.
De muziek was van het goede volume: niet te hard, niet te zacht, gewoon: goed. Met enkele dansspelletjes er tussendoor werd er lustig op los gezwierd.
Waar gezelligheid geen tijd kent, liep het naar twaalf uur voor we er erg in hadden en was het tijd voor de finale.
Deze avond was heel gezellig, maar wat zeggen woorden? Je moet het hebben meegemaakt.
Afgaande op de reakties is deze avond een succes geweest. Dit smaakt naar meer!
Van de danslessen kan worden gezegd: het is een goed initiatief geweest en ik hoop, en ik denk velen met mij, dat dit in het komende seizoen zal worden voortgezet.

Arie Verseput