1980-12 – Personeelskrant Dennenoord – 8e Jrg. No. December

AAN DE MEDEWERKERS

Direktiebrief

Ofschoon een mens weet dat de tijd snel gaat, verbaas je, je er toch telkens weer over hoe snel een jaar voorbij vliegt. Dat gold zeker ook voor 1980. In een jaar, ook het Dennenoord-jaar 1980, gebeurt er veel. Er is hard gewerkt, ja zelfs een bijzonder grote inspanning gepleegd, om zo snel mogelijk vooruit te komen met de herstrukturering van Dennenoord.
Het is niet helemaal gelukt om de oorspronkelijke doelstelling te halen. Deze hield in dat we vóór het eind van het jaar, voor wat betreft de belangrijke beleidsuitgangspunten, tot definitieve beslissingen zouden komen. Voor een belangrijk deel zijn we daarin geslaagd. Een aantal zaken zal echter pas begin volgend jaar z’n beslag krijgen.

Het rapport hoofdlijnen van de afdelings- en blokstruktuur is gereed gekomen en heeft de instemming van de Ondernemingsraad gekregen, met dien verstande, dat de raad een gefaseerde uitvoering voorstaat en een begeleidingskommissie heeft voorgesteld. Over deze punten vindt thans nog gedachtenwisseling plaats.
Het rapport is van grote betekenis voor de organisatie en wordt derhalve onder alle vaste medewerkers verspreid. Mogelijk heeft men het rapport op het moment dat U dit leest reeds ontvangen.

Het Z.B.B.T. is er met uitzondering van de funktie neuro-psychiatrie in geslaagd tot een eerste afronding te komen van de op Dennenoord te onderscheiden funkties en een globale beschrijving ervan op te stellen.
De gespreksvoering met de afdelingen over deze funkties is inmiddels grotendeels afgerond.

Een belangrijke stap die, behalve de advisering door de Ondernemingsraad, eveneens is afgerond is de voorbereiding van het Regionale Advies- en Plaatsings-Centrum Dennenoord. Dit centrum zal de opvang, plaatsing en overplaatsing van alle patiënten en bewoners gaan behartigen. Het is de bedoeling dat het centrum omstreeks het begin van het voorjaar zal gaan funktioneren.

Het Z.B.B.T. heeft nadat de voorstellen voor de op Dennenoord uit te oefenen funkties waren afgerond, een voorstel uitgewerkt voor de huisvesting van de funkties nadat de nieuwbouw gereed zal zijn. Dit plan wordt in ruime kring in de organisatie besproken in twee gespreksronden. De eerste ronde is nog voor de jaarwisseling afgerond. De tweede ronde zal in januari plaatsvinden.
Ten behoeve van de tweede gespreksronde zal een nota worden opgesteld, waarin worden opgenomen:

• een globale beschrijving van alle funkties
• de voorgestelde kwalitatieve personeelformaties behorend bij de funkties
• het huisvestingvoorstel zoals het dan definitief wordt voorgesteld

Het is de bedoeling dat de Ondernemingsraad omstreeks 1 februari over het dan definitief voorgestelde plan zal adviseren.
Begin volgend jaar zullen we, wanneer de in het voorgaande genoemde besluitvorming echter afgesproken is, een begin maken met de uitvoering van de plannen.
Dat betreft:

• de invoering van de afdelings- en blokstruktuur op grond van het desbetreffende rapport
• het instellen van het R.A.P.C.
• het uitwerken van een uitvoeringsplan voor het realiseren van de toekomstige huisvesting van de funkties en het vanaf het gereed komen van de eerste gedeelten van de nieuwbouw het geleidelijk uitvoeren van dat plan.

Al deze zaken vragen een zorgvuldige voorbereiding, begeleiding en nazorg. Over de wijze waarop dit zal plaatsvinden met de daarbij behorende tijdsplanning is een nota opgesteld en aan de Ondernemingsraad voorgelegd. Zodra daarover met de raad van gedachten is gewisseld, stel ik mij voor deze in een volgende nieuwsbrief op te nemen. Uiteraard zal de planning af en toe bijgestuurd moeten worden. Door telkens de laatste versie van de planning in de personeelskrant op te nemen, hopen wij U goed op de hoogte te houden van de ontwikkelingen.

Met alles wat voor ogen staat, wordt 1981 een heel belangrijk jaar. Thans staat in de hoofdlijnen vast wat ons te doen staat. Voor veel medewerkers bestaat individueel voorlopig nog een voor iedereen verschillende onzekerheid ten aanzien van de toekomstige eigen positie. Hopelijk zullen we er in goed overleg met alle betrokkenen in slagen, overwegend nog voor de vakantieperiode, voor het overgrote deel van de medewerkers duidelijkheid en zekerheid met betrekking tot de toekomstige positie tot stand te brengen.

Met dit beeld voor ogen wens ik U een heel voorspoedig 1981. Van harte hoop ik dat we eind volgend jaar op een zeer vruchtbaar 1981 zullen kunnen terugzien, waarin we er in geslaagd zullen zijn onze basisdoelstellingen te realiseren.
Dat zullen we slechts dan kunnen bereiken, wanneer we het voor elkaar krijgen al datgene wat te gebeuren staat in goede, eendrachtige samenwerking aan te pakken.
Het bouwwerk dat we dan tot stand hebben gebracht, zal heus nog wel bepaalde mankementen hebben en hier en daar nog afgewerkt moeten worden.
Ik vertrouw er op dat we wel een goed gebouw tot stand zullen hebben gebracht, waarin we onze doelstellingen goed zullen kunnen realiseren met optimale ontplooiing van alle medewerkers.
Nog aanwezige gebreken zullen we in 1982 kunnen corrigeren, mede op grond van ervaringen die we reeds in 1981 zullen opdoen.

Dennenoord, ik wens U en daarmee allen die Dennenoord inhoud geven, veel heil en zegen in 1981.

Met vriendelijke groeten,
F. Sonneveld
Algemeen direkteur

gehoORd en gezien

Er zijn mensen, die een O.R.-zittingsperiode vergelijken met de zittingsperiode van een politiek orgaan. Bij zo’n politiek orgaan is er vaak sprake van ‘de oogst’ welke men aan het einde van de zittingsperiode tracht binnen te halen.
Dit beeld voor ogen hebbende, zou je kunnen zeggen, dat de O.R. in z’n huidige samenstelling in die fase zit. De oogst zou dan moeten bestaan uit het nemen van beslissingen, waarbij heel Dennenoord ‘hoera’ roept!!!
Maar of dat lukt???
U weet, dat de O.R. op 3 december voor de moeilijke opgave stond, een advies aan de direktie te formuleren m.b.t. de kandidaat voor de functie van algemeen direkteur. Het zal duidelijk zijn, dat zo’n advies niet zomaar even tot stand komt. Daar was in de eerste plaats de tijdsdruk. (Het advies had eigenlijk 1 december binnen moeten zijn). Verder was daar het feit, dat een toch al uitgedunde O.R. (8 aanwezigen) in feite namens het personeel moest spreken, terwijl een deel van dat personeel (o.a. de algemene staf) zich al had uitgesproken! Ook was bekend, dat een deel van die staf zich zeer kritisch had uitgelaten over de werkwijze van de O.R. Zo zelfs, dat even werd overwogen de kandidaat te vragen, of hij onder deze O.R.-condities wel een toetsingsgesprek met de O.R. zou willen aangaan. Tenslotte was er ook nog gevoel van: We moeten wat!!!
Ondanks dat alles adviseerde de O.R. deze kandidaat niet te benoemen. Over de motieven die daaraan ten grondslag lagen, kunt U de O.R.-verslagen raadplegen. Misschien kunt U aan de hand daarvan oordelen of de genomen beslissing juist, dan wel onjuist is geweest.
Afgezien dus van de juistheid van de genomen beslissing, zijn er nog een paar opmerkelijke zaken, nl.:

1. Alle toetinsgesprekken vielen positief uit, behalve die van de O.R. Gerekend naar het aantal organen dus een meerderheid ‘voor’. Desondanks is het zo, dat een O.R. geacht mag worden te spreken voor het personeel en U voelt wel, dat dan de kaarten even anders liggen. Met enige spanning wachten we af, welk ‘model’ bij de eindbeslissing het zwaarst zal wegen.
2. In het normale spraakgebruik is het rijtje: bestuur, directie en personeel een geaccepteerde zaak. Uit de op 24 november in de staf uitgesproken kritiek op de werkwijze van de O.R. zou opgemaakt kunnen worden, dat dit rijtje moet worden aangevuld in de zin van: bestuur, directie, dtaf en personeel. U zult zeggen: Nou en! Wel, wat hiermee gezegd wil zijn, is dat de wetgever in de wet op de ondernemingsraden dit onderscheid niet maakt. Het personeel is voor de wetgever iedereen, behalve de direkteur en de O.R. spreekt (als het goed is) namens het personeel. Met name in het door één der stafleden uitgesproken idee van: ‘Zouden we de kandidaat niet in overweging moeten geven, maar af te zien van een gesprek met de O.R.’ zit toch iets van: ‘Wij hebben ons oordeel immers al gegeven’. Op deze wijze dreigt er toch een O.R. naast de O.R. te gaan ontstaan. Enige jaren geleden is dat ook al gesignaleerd en wel rond het toen functionerende direktie-orgaan. Toen sprak men van een echte O.R. (Het D.O.) en één die voor spek en bonen meedeed! U ziet, er is niks nieuws onder de zon.
3. Tenslotte voor wie er niet bij was, is het natuurlijk moeilijk invoelbaar, maar Uw ‘verslaggever’ is er bij geweest en heeft de stellige indruk, dat de O.R. niet lichtvoetig een besluit heeft genomen.

Er is gewikt en gewogen.
Er is, goed of fout, een weloverwogen beslissing genomen!!!

VORMINGSCENTRUM OMGEDOOPT TOT TREFCENTRUM ‘DE KIMME’ BIJ 10-JARIG JUBILEUMFEEST

Vrijdag 21 november werd het 10-jarig jubileum van het Vormingscentrum gevierd. Voor deze gelegenheid waren alle bewoners van Dennenoord persoonlijk uitgenodigd en hierdoor was de opkomst zo groot, dat de zaal tot de nok was gevuld.

Bijzonder origineel was het optreden van de Farce Majeure-groep (gevormd door de recreatiewerkers), die op een bakfiets vanuit de hal de Schouwburgzaal inreden, om uit volle borst het jubileumlied voor het publiek te zingen. Dit sloeg aan en al gauw zong de hele zaal het refrein mee. Jan Mons, beheerder van het Vormingscentrum, die voor deze gelegenheid met Frans Diemers als presentator fungeerde, liet de nieuwe naam door Jelle Pruiksma en mevrouw Vos onthullen, die deze naam zelf hadden bedacht.

Het gebouw heet voortaan het Trefcentrum ‘De Kimme’.

Het accordeon-duo John en Jane, Dick de Witte (bandparodist) en de heer Leurs (organist), zorgden voor een feestelijke stemming.
In de pauze en na de voorstelling was er voor ieder een hap en een snack, hetgeen bijzonder werd gewaardeerd.
De verloting viel ook erg in de smaak, maar aan alles komt een end en zo ook aan dit feest.
Teruggekeken kan worden op een geslaagd jubileum, waarbij vooral de bewoners van Dennenoord goed aan hun trekken zijn gekomen.
Het jubileumlied willen we u niet onthouden en als u de herkenningsmelodie van het Farce Majeure-team kent, kunt u zich voorstellen hoe dit moet hebben geklonken uit een volle zaal.

Jubileumlied

Het feest wat wij heden hier vieren,
is het feest van het 10-jarig bestaan.
Een gebouw van ons allen versieren,
en dat heeft nu een hele nieuwe naam.

Je kunt er altijd heen,
voor koffie, thee en koek.
Het is voor iedereen,
zelfs ook voor het bezoek.

Het bruist er elke dag,
’t is altijd druk daarbinnen.
De nieuwe naam zal zijn:
Trefcentrum ‘De Kimme’.

Refrein:
En elke donderdag,
in soos, hal of Gehoorzaal,
een muziekje of een film,
voor ons allemaal.
Voor ieder is er wat,
een koor of lekker gymme,
zang of reciteer, in
Trefcentrum ‘De Kimme’.

NOTULEN VAN DE K.L.O.-VERGADERING, GEHOUDEN OP 18 NOVEMBER 1980 OM 15.00 UUR IN DE SCHAKEL

• Aanwezig:
  • Albert de Jonge;
  • Jan de Vries;
  • Gerrit Rottink;
  • Carin Mannack;
  • Jan Noordman;
  • Gino Marsman;
  • Helmy Rijke;
  • Hèlenè van Ooijen
• Met kennisgeving afwezig:
  • Bart Buits;
  • Henk Helling
• Helmy opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom.
• Op- en/of aanmerkingen krabt en notulen: geen
• Ingekomen stukken en mondelinge mededelingen:
  • Er is informatie binnengekomen van ’t S.O.P.
  • Er zijn 2 Klysma’s binnengekomen en die kunnen jullie naslaan in ’t personeelscentrum en ’t opleidingscentrum.
  • Verder is er bericht van dhr. Westrik gekomen, wanneer wij ’n keer contact met hem opnemen naar aanleiding van de klinische lessen. In de krant verderop lees je er meer over.
  • De Leerlingencommissie deelt mede dat ze 28 november voor de eerste keer bij elkaar rond de tafel gaan zitten. De L.L.K. bestaat nu uit:
    • Carin Mannack;
    • Gerrit Rottink;
    • Jaapie Kuiper;
    • Douwe Bodeüs;
    • Bart Buist;
    • Heinde Klunder;
    • Andries Otter
• Afdeling secretariaat/redaktie:
  • Helmy zal naar de praktijkbegeleiding gaan, om hun uit te nodigen voor de K.L.O.-vergadering.
  • De nieuwe beoordelingslijst zal ons worden gestuurd voor inzage.
• Afdeling O.R.:
  • Andries Otter deelt mede dat er nog steeds iemand moet komen voor het Sociaal beleid. De K.L.O. zal naar aanleiding van dit, leerlingen in het veld benaderen.
• Afdeling overleg direktie en opleiding:
  • Henk is niet naar Westrik geweest, zoals afgesproken was in de vorige vergadering. Jan Noordman en Jan de Vries gaan nu naar Westrik en aan ’t eind van dit, kun je het verslag lezen van dit gesprek.
• Groepsoudsten-vertegenwoordigers:
  • Carin deelt mede, dat door de vacantiespreiding van het land, de S-III groep eerder examen moet doen dan anders normaal is. Dat houdt dus ook in eerder de verslagen af en de O.P.O.-boekjes in orde.
  • Dan zijn er problemen over ’t te vlug in de nachtdienst worden gezet op ’n nieuwe afdeling en wat vooral nu in deze tijd gebeurt. Verschillende mensen die 15 december worden overgeplaatst moeten met oud en nieuw de nachtdienst in. Carin en Hèlenè zullen over dit probleem een brief sturen naar de verpleegkundige commissie.
  • Dan zijn er enkele mensen waarvan de klinische lessen die zij hebben staan in ’t O.P.O.-boekje, worden afgekeurd, omdat ze niet aan de opleidings-eisen voldoen. De mensen die denken dat ze ook met dit probleem zitten, kunnen bijtijds om opheldering vragen bij ’t hoofd van de opleiding.
• Besluitenlijst:
  • L.L.K. zal een brief opstellen over de oproep van ’t Sociaal beleid.
  • Jan Noordman en Jan de Vries gaan naar dhr. Westrik om te praten over de klinische lessen.
  • Helmy gaat naar de praktijkbegeleiding.
  • Carin en Hèlenè stellen een brief op over de problemen rond ’t te snel in de nachtdienst moeten gaan op ’n nieuwe afdeling.
  • De volgende K.L.O.-vergadering is op 16 december om 15.00 uur in ’t Personeelscentrum.
• Notulen: Overleg dhr. Westrik op 18 november 1980.
  • Onderwerp: klinische lessen (naar aanleiding van de door ons geschreven brief en de antwoorden van deze brieven van dhr. Westrik).
  • Het voorstel om 1 x per week een klinische les te houden en in vacantietijd 1 x in de veertien dagen is goedgekeurd door de verpleegkundige commissie. Men is met de uitvoering van dit punt op de afdelingen gestart.
  • Het voorstel om klinische lessen per blok te geven is door de verpleegkundige commissie afgewezen.
    • Om praktische bezwaren i.v.m. de roosterplanning op de afdeling.
    • Om principiële bezwaren omdat een klinische les betrekking moet hebben op een cliënt, die op de afdeling wordt verpleegd, waar de betrokken leerling werkt (dit staat ook zo in ’t O.P.P.-boekje omschreven). Het onderwijs aspect dient bij zo’n klinische les op de voorgrond te staan. Bovendien dient een verpleegkundige van de afdeling waar hij/zij werkt, een handtekening voor de klinische les te geven. Zou iemand anders dit doen, dan zou de datum van de handtekening moeten corresponderen met de tijd die men op een bepaalde tijd stage loopt.
  • Over verdere financiële aspecten (bijvoorbeeld vergoeding bij bezoek aan klinische lessen in vrije dagen) zullen we nog met dhr. Brandse moeten overleggen).
  • Vast staat, dat men vergoeding kan krijgen in de wacht, en bij avonddienst, als de klinische les ’s morgens is (C.A.O. besluit over gebroken diensten).
  • Dennenoord is verantwoordelijk, dat de leerling voldoende handtekeningen kan halen. Terugkomen op vrije dagen is echter uit vrije wil. Dhr. Westrik werd duidelijk gemaakt, dat nu nog wel mensen met gevolgen van het verleden zitten. Dhr. Westrik zegt toe, in de verpleegkundige commissie het probleem naar voren te brengen en naar een oplossing te zoeken.
  • Voorstel dhr. Westrik voor inhalen van de achterstand:
    • Proberen zoveel mogelijk de diensten zò te plannen, dat je aanwezig bent als er klinische lessen worden gegeven. Eventueel samen met ’t afdelingshoofd overleggen, dat deze er rekening mee houdt. Opmerking van onze kant: is dat realiseerbaar? Dan heb je teveel leerlingen in een dienst op een dag. Hoe zit ’t dan met de verantwoordelijke diensten? Er zitten veel leerlingen uit een groep op één paviljoen. Dhr. Westrik zegt toe in individuele gevallen naar een oplossing te zoeken in overleg met de verpleegkundige commissie. We krijgen op schrift, wat de verpleegkundige commissie besluit.
  • Probleem: de klinische lessen gaan vaak niet door!
    • Dhr. Westrik zal nogmaals benadrukken, dat de klinische lessen, ondanks dat er soms maar weinig leerlingen aanwezig zijn, toch moeten doorgaan.
    • Klinische lessen zullen ook door verpleegkundigen moeten worden gegeven (vooral op verblijfs-paviljoenen).
    • Bepaalde aspecten van een klinische les kunnen door leerlingen worden voorbereid onder supervisie van een verpleegkundige. Het mag echter niet aan de leerling worden overgelaten.
    • De leerling kannooit ter verantwoording worden gesteld voor de inhoud van de klinische les.
    • In de cursus mogen geen klinische lessen worden bezocht. Voor de omschrijving van klinische lessen en patiënten besprekingen wordt verwezen naar omschrijving in het O.P.O.-boekje.
  • Dhr. Westrik wil graag op de hoogte worden gehouden, of gemaakte afspraken worden nageleefd. Afgesproken wordt: na de leerlingenraad-vergadering kijken of er agendapunten zijn voor een gesprek met dhr. Westrik. Er wordt ’s woensdags telefonisch overleg gepleegd na de K.L.O.-vergadering of dhr. Westrik nog agendapunten heeft. Zo ja, dan zal op elke dinsdag van de maand, een gesprek plaatsvinden om 14.30 uur. Zij er aan weerszijden geen agendapunten, dan wordt het gesprek een maand opgeschoven.

EEN VERPLEEGKUNDIGE VAKGROEP

Wat en hoe?

In de voor ogen staande reorganisatie / nieuwe organisatie binnen Dennenoord, is aan vakgroepen een eigen plaats toegedacht. Naast een medische vakgroep e.a. wordt ook gesproken over een verpleegkundige vakgroep.
Bij mijn wten is de medische vakgroep reeds een min of meer duidelijk omlijnde groep.
In de verpleegkundige sector ligt dit echter anders. Hier wordt geen organisatie in de breedte aangetroffen. De enige groepsvorming die hier wordt gevonden is een regelmatige bijeenkomst van de leidinggevenden, eerst ‘hoofden-vergadering’ genoemd en later aangeduid als ‘verpleegkundige commissie’. Daar toelating tot deze groep enkel aan leidinggevenden is voorbehouden en er geen organisatorische binding bestaat met een breed verpleegkundig kader, mag dit een besloten groep binnen het verpleegkundig geheel worden genoemd. Dit is dus duidelijk iets anders dan een vakgroep zoals deze in de nieuwe organisatievorm wordt aangegeven. Van deze vakgroep zullen, als ik het goed heb gelezen, alle dienst van Dennenoord werkzame verpleegkundigen uit hoofde van hun beroep deel gaan uitmaken. Bovendien is een vakgroep geen bestuurlijk orgaan. In het organisatieschema worden ze dan ook niet in deze lijn aangetroffen.
Als ik mij probeer voor te stellen wat een vakgroep dan wel is, denk ik aan overleg met vakgenoten, bezinning op verpleegkundige vraagstukken en het geven van aanzetten voor bijscholing, eventueel organisatie ervan. Zo’n vakgroep kan dan, naast de individuele steun, die men er aan kan ontlenen, samenbindend gaan werken en eilandvorming opheffen en/of voorkomen. Voorwaarde is dan wel dat er naast een stevige onderlinge samenhang een goede organisatie en behandelingen kunnen niet slagen als de communicatie met communicatie naar buiten wordt onderhouden. Knusheid en warmte staan niet voorop, want het betreft hier een frontlinie waaraan zulke kenmerken niet eigen zijn. Anderzijds moet het wel duidelijk kunnen worden onderkend als een eigen vakgroep in die zin, dat men er deel van kan en wil gaan uitmaken, er invloed op kan uitoefenen en mee een eigen forum kan kiezen. Een eigen forum zal noodzakelijk zijn want het totaal aan verpleegkundigen is veel te breed om slagvaardig meet te kunnen vergaderen. Zeker is dit het geval als er geen voorbereiding heeft plaatsgevonden.
Ook hier zou kunnen worden gedacht aan organisatie per blok en dan met een eigen blokforum. (Met het woord forum heb ik iets trachten aan te duiden, hier kan natuurlijk ook een andere benaming worden gekozen). Aan mogelijke deelorganisatie per blok heb ik gedacht omdat de gerichtheid in behandeling en probleemstelling per blok verschillend zal zijn.
Natuurlijk neemt dit niet weg dat er zaken overblijven die zozeer gemeenschappelijk zijn dat ze in Dennenoord brede aandacht zullen behoeven.
Hoe het ook zij, de gedachte aan een verpleegkundige vakgroep spreekt mij aan. Dat men hiervoor in het geheel van de organisatie een eigen plaats heeft ingeruimd is een verstandig besluit. Een zeer belangrijk deel van de frontlinie wordt gemist. Terecht is er dan ook in meerdere publicaties die ons hebben bereikt op gewezen dat de vakgroepen adviserend mee zullen spreken in de nieuwe organisatie. Nu de reorganisatie reeds een aanvang heeft genomen en er nog geen verpleegkundig vakgroep tot stand is gekomen, zie ik nog niet hoe één en ander met elkaar in overeenstemming kan worden gebracht. ook is het mij nog niet duidelijk langs welke weg de verpleegkundige vakgroep van de grond zal moeten komen.
Mogelijk heb ik bepaalde punten niet goed overzien en heb ik mij een onjuist beeld van een vakgroep gevormd. Indien dit zo is, zou ik graag hieromtrent een bredere voorlichting ontvangen. Aangezien het wel een zaak betreft die ons allen raakt, wil ik langs deze weg graag mijn collegae verpleegkundigen en onze organisatiedeskundigen uitnodigen zich mee te bezinnen op deze vraagstelling.
Met belangstelling zie ik uw reacties, mogelijk via dit blad tegemoet.

K. v.d. Meer

MUTATIES

FOTO-CLUB

Woensdag 21 januari gaat de fotoclub van Dennenoord, in samenwerking met het S.O.P., een dia-avond geven, die gehouden zal worden in de Gehoorzaal van het trefcentrum ‘De Kimme’.
Deze dia-avond wordt verzorgd door de heer H. de Grooth, voorzitter van een fotoclub uit Veendam.
Hij zal een zestal dia-series met een overvloeing van beelden en geluid laten zien van verschillende onderwerpen.
Iedereen die hier belangstelling voor heeft nodigen wij hierbij uit.

KERKDIENSTEN IN DE ONTMOETINGSKERK

• 1 januari, 9.45: Nieuwjaarsdag, geen dienst
• 4 januari, 9.45 uur: Ds. S.W.R. Polman, kollekte voor Nes Ammin: 19.00 uur: Ds. S.W.R. Polman
• 8 januari, 15:30 uur: Pastoor F. Sleegers, Eucharistieviering in de Kimme
• 11 januari, 9.45 uur: Viering heilig avondmaal, Ds. J.W. Vlaanderen, kollekte voor Wilde Ganzen; 19.00 uur: Ds. J.W. Vlaanderen
• 18 januari, 9.45 uur: Ds. W.M. van Lynden, kollekte voor Dennenoord-gemeente; 19.00 uur: Ds. W.M. van Lynden
• 25 januari, 9.45 uur: Ds. B. Oosterhoff, kollekte voor Bijbelkiosk-vereniging; 19.00 uur: Ds. B. Oosterhoff

Op 1 januari 1956 kwam de heer v.d. Molen op Dennenoord. Hij deed z’n intrede in de schilderwerkplaats, daar werkten toen 12 patiënten en hoorde onder de technische dienst.
Veel onderhoudswerk werd hier gedaan, en ook voor de de nieuwbouw werkten ze toen.
Na enkele jaren werd er onder de vlag van de arbeidstherapie een schilderafdeling gestart.
Op verschillende plaatsen heeft v.d. Molen al onderdak gehad, al was dit niet altijd even ideaal. Een voorbeeld daarvan was, het afzuigsysteem kenden ze niet. Tot hij voor jaren terug z’n eigen stekkie vond.
In de beginjaren had men veel werk voor de arbeidstherapie, zelfs later toen dat wat minder werd, kwam er heel wat werk bij van de interieurverzorging. Veel mensen hebben door deze jaren heen van hem de grondbeginselen van het vak geleerd, zelfs het spuitwerk kon door sommige heren gedaan worden.
Dit alles ging soms niet altijd even gemakkelijk.
Eén van de hobby’s van v.d. Molen, is het dammen, zodat hij al zo’n 20 jaar de damclub hier op Dennenoord leidt.
Zo zie je dan in de koffie- en thee-pauzes in de werkplaats ook het dambord op tafel liggen, en wordt er een flink potje weggeven.
V.d. Molen, van deze plaats willen we U nog heel wat goede jaren toewensen en hopen dat U en Uw vrouw een heel prettige dag zult hebben.

K. Houtman

ADVERTENTIES

WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN UW AUTO EN EEN HOLLANDSE NIEUWE?

Geen moeilijke vraag, dunkt me; er worden tegenwoordig wel andere vragen gesteld op Dennenoord. Moeiteloos zult u dan ook een aantal antwoorden kunnen oplepelen. Misschien is er dan ook wel een antwoord bij in de trant van:
Een Hollandse nieuwe zonder zout is een waardeloos produkt en een auto met zout wordt een waardeloos produkt.
Als u met dat antwoord instemt, is het verstandig uw auto altijd, ook ’s avonds en ’s nachts, op een parkeerplaats te zetten, zodat hij geen obstakel vormt bij sneeuw- en gladheidsbestrijding.
Voor auto’s die ons tijdens dit werk in de weg staan, hebben we, ondanks duidelijke verschillen in merk en kwaliteit, maar één naam, namelijk ‘dat rotding’ en dat is gezien uw toewijding, zorg en goede geld toch wel een wat pofane naam.
Daarom, een lang verhaal kort samengevat: zet uw auto op een parkeerplaats, ook ’s avonds en ’s nachts.
Dank u.

S. Zoodsma