Paul Duquesne

Paul Duquesne

In 1942 vertrekt Paul naar zijn oudste broer in Bretagne en wordt lid van het Franse verzet. Hij neemt actief deel aan alle activiteiten rond de invasie op 6 juni 1944 en sluit zich daarna aan bij de SAS-parachutisten van het vrije Franse leger en krijgt een opleiding in Engeland. Vervolgens maakt hij dus deel uit van Operatie Amherst.

Paul Duquesne sneuvelt bij Zuidlaren De Franse parachutist Paul Duquesne wordt bij gevechten in Zuidlaren op 9 april door de Duitsers doodgeschoten. Hij zit met anderen omsingeld in een boerderij. Hij weet vechtend aan de overmacht aan Duitsers te ontsnappen, maar wordt dan voor de tweede keer ingesloten. Een Duitse officier geeft hem het bevel zich over te geven en de handgranaat die hij nog vasthoudt te laten vallen. Alle gevaren en gevolgen vergetend, gooit hij zijn granaat midden tussen de Duitsers, hiermee velen verwondend en dodend, waarna de 25-jarige Duquesne door een mitrailleursalvo wordt gedood.

Op 13 april wordt Zuidlaren bevrijd.
Op verzoek van zijn ouders wordt het lichaam van Paul in september 1949 van Zuidlaren naar het Belgische Wevelgem overgebracht. Zijn vader is daar sinds 1932 directeur wordt van een tapijtweverij.

Het gemeentebestuur van Wevelgem brengt op 18 in april 2015 – precies zeventig jaar na het overlijden – op het erepark voor gesneuvelde militairen aldaar hulde aan Paul Duquesne. Dat gebeurt in aanwezigheid van militaire en diplomatieke genodigden uit België, Nederland en Frankrijk.

Aan de Lageweg in Zuidlaren wordt op 9 april in 2017 in het bijzijn van familieleden een monument voor Paul Duquesne onthuld.

(Bron: Drenthe in de oorlog)

Lentis Erfgoed is onderdeel van Lentis.