Header

1934-09-01 – Sollicitatie Dr. J. Wetter

Zuidlaren, 1 September 1934

Geachte Collega Bakker,

Dat ik uw schrijven van 21 augustus niet onmiddellijk heb kunnen beantwoorden behoeft wel geen nadere toelichting. Tot een vast besluit ben ik evenwel ook nog niet gekomen.

In eerste wil ik onder de gegeven omstandigheden bij onze vereniging niet solliciteren, direct nog indirect met de kans van mislukking. En naar ik meen te weten, stelt het Centraal Bestuur nogal prijs op mijn blijven in Zuidlaren.

Ten tweede zijn er voor mij persoonlijk aan een terugkeer naar Wolfheze wel voordelen, maar ook nadelen verbonden. Vooral de laatste tijd is bij mij meerdere keren het verlangen opgekomen naar het Zuiden.

Niet aan een ieder valt het gemakkelijk in het Noorden te wennen. Is zelfs voor mij een vraag gezien de ervaring der laatste 2 jaren of het klimaat hier wel geschikt is voor mijn gezin. Daarbij komt nog, dat hier in Zuidlaren geen orthodoxe Hervormde kerk is. Een evangelisatie vergoedt dit gemis maar ten dele. En nu weet ik, dat de vacature in Wolfheze, niet zoo spoedig door een tweede zal worden gevolgd wil ik bij de vereniging blijven, dan doen de gelegenheden om naar het Zuiden terug te komen, zich niet zo dikwijls voor. Maar op zichzelf genomen heeft de Stichting Dennenoord veel aantrekkelijks.

Er is hier de laatste jaren veel veranderd, gebouwd, verbouwd, gereorganiseerd. En omdat dit grotendeels eigen werk is, moet het bestaan van een zekere binding aan Dennenoord voor ieder aannemelijk zijn. Dennenoord is groter dan Wolfheze niet alleen wat betreft het aantal patiënten. De bedrijven zijn levendiger en omvangrijker, de buitendienst breidt zich uit. Wij hebben een consultatie bureau in Emmen (reeds geopend), in Meppel, Groningen en Winschoten (in voorbereiding) We zijn bezig de plannen uit te werken voor een eigen bakkerij en een wasserij. Het Centraal Bestuur gaf reeds toestemming. Een Sanatorium of kliniek voor 110 patiënten is aanbouw, ook een nieuwe directeurswoning aan de Stationsweg. Dennenoord heeft voor mij dus veel aantrekkelijks, ook al voel me nog niet geheel en al los van Wolfheze.

Tenslotte kan ik pas definitief uw vraag beantwoorden wanneer ik de voor- en nadelen nog eens rustig heb overwogen, maar vooral met volkomen te vertrouwen personen

(hiermee bedoel ik geen ambtenaren der Stichtingen, nog G.D, noch GV,  maar speciaal een bestuurslid) overleg heb gepleegd en met zekerheid weet hoe het Centraal Bestuur over deze aangelegenheid denkt.

Gaarne hoor ik binnenkort hoe u denkt te handelen,

J. Wetter

Lentis Erfgoed is onderdeel van Lentis.