04

Muntschat van Zuidlaren

20 mei 2023 – Dagblad van het Noorden:
3000 kleine eeuwenoude rotmuntjes uit Zuidlaren herbergen een religieus geheim, ontdekte archeoloog Vincent van Vilsteren uit Assen: ‘Ik zag rare dingen aan die muntjes’

Archeoloog Vincent van Vilsteren heeft een nieuwe theorie over de muntschat van Zuidlaren. Foto: Marcel Jurian de Jong

Waarom begroef iemand in de zestiende eeuw ruim drieduizend waardeloze muntjes in Zuidlaren? En waarom is een deel van die munten verbogen en weer rechtgeslagen? Archeoloog Vincent van Vilsteren uit Assen zocht het uit. Een verhaal over een spectaculaire diefstal, de beeldenstorm, heiligen, en een pastoor met een hamer.

Eigenlijk zou hij dit jaar promoveren op zijn onderzoek naar bronzen kookpotten uit de middeleeuwen. Dat kondigde Vincent van Vilsteren vijf jaar geleden aan, toen hij afscheid nam als conservator archeologie van het Drents Museum. ,,Er is iets tussengekomen”, zegt de Assenaar nu. ,,Ik ben iets nieuws op het spoor gekomen. En daar ben ik zo druk mee dat ik me afvraag of het nog wel gaat lukken met die kookpotten.”

Dat nieuws is eigenlijk tamelijk oud, te weten: de muntschat die in 1928 tevoorschijn kwam in Zuidlaren, bij bouwwerkzaamheden op het terrein van Dennenoord. ,,Die muntschat bestaat uit ruim drieduizend kleine rotmuntjes uit de zestiende eeuw die niks waard zijn”, vertelt hij. ,,Ik had ze als conservator onder beheer, maar heb er nooit aandacht aan besteed omdat ik niet wist wat ik ermee aan moest.”

De werklieden die in 1928 op de muntschat stuitten. Foto: Archief Lentis Erfgoed

Gouden munten, zilverstukken, daar kun je wat mee in een museum. ,,Maar wat moet je met waardeloze koperen muntjes?” Twee nieuwe publicaties, enkele jaren geleden, deden hem van gedachten veranderen. ,,Daaruit werd duidelijk dat het om kerkgeld ging.” En waar voorheen werd gedacht dat een deel van de munten van Groningse herkomst was, bleek uit die nieuwe publicaties dat alle munten uit de omgeving van Arnhem kwamen.

De inhoud van een offerblok
,,Uit de samenstelling van de muntschat kun je bovendien opmaken dat de schat tussen 1572 en 1580 in Zuidlaren verborgen moet zijn.” Die ontdekkingen leidden in 2021 tot een artikel in de Nieuwe Drentse Volksalmanak , waarin Van Vilsteren en de Groningse muntdeskundige Jan van der Wis betogen dat de muntschat van Zuidlaren hoogstwaarschijnlijk de inhoud is van een offerblok, die geroofd is uit de Sint-Eusebiuskerk in Arnhem.

Archeoloog Vincent van Vilsteren uit Assen. Foto: Marcel Jurian de Jong

,,Je deed als gelovige kleingeld in de collectezak of het offerblok”, vertelt Van Vilsteren, die katholiek is opgevoed. ,,Dat deden wij ook vroeger en het gebeurt nog steeds in de kerken. Bij de muntschat van Zuidlaren gaat het om heel laagwaardig geld, waarmee je in het normale betalingsverkeer nauwelijks wat kon kopen. Maar voor de katholieke kerk was het een verdienmodel, want de pastoor kon die muntjes inwisselen voor groter geld.”

Geldwisselaars bij de ingang van kerken voorzagen de kerkgangers vervolgens weer, tegen betaling in natura of in ruil voor groter geld, van de benodigde offermuntjes. Zo bleven de muntjes in omloop. Maar toen rees de vraag: hoe komen al die waardeloze penningen en munten uit Arnhem in Zuidlaren terecht? ,,Wij denken dat een dief in Groningen tevergeefs geprobeerd heeft de muntschat te gelde te maken.”

Vermoedelijk dacht een van de plunderaars een slag te slaan
De Sint-Eusebiuskerk in Arnhem was een katholiek bedevaartsoord van naam, dat in 1579 door protestanten is geplunderd tijdens de beeldenstorm. Daarbij werden kerken van ‘roomse afgoderij’ ontdaan. ,,Vermoedelijk dacht een van de plunderaars een slag te slaan. Het gaat weliswaar om kleingeld, maar alles bij elkaar was het toch ruim 9 gulden waard in die tijd. Omgerekend naar nu is dat ongeveer 150 euro. Dat laat je niet liggen.”

De muntschat die in 1928 gevonden werd bij Zuidlaren. Foto: Jaap Beuker

In Groningen kwam de dief echter van een koude kermis thuis. ,,Er zitten veel enkelzijdig beslagen penningen in de muntschat, die door de kerk speciaal als offergeld waren geslagen. Dat soort muntjes was in Groningen een paar jaar daarvoor uit de roulatie gehaald. Bovendien was door de samenstelling van de schat meteen duidelijk dat dit de opbrengst van een diefstal was. En op het lichten van een offerblok stond de doodstraf.”

De dief liep dus gevaar en heeft zijn buit begraven. ,,Voor Jan van der Wis was daarmee het verhaal klaar. Een muntdeskundige is tevreden als de zaak gedetermineerd en beschreven is. Maar ik ben archeoloog en ik zag rare dingen aan die muntjes. Er zaten erbij met vouwen erin, alsof ze verbogen waren en later weer teruggebogen. Een deel was doorboord en weer andere leken geplet, alsof ze een klap met een hamer hadden gekregen.”

Het buigen van munten was vroeger een gebruikelijke methode om te testen of een munt wel echt was en het juiste gehalte aan zilver en goud bevatte. ,,Valsemunterij was aan de orde van de dag. Maar deze muntjes waren waardeloos. Ze waren enkelzijdig beslagen en niet van zilver maar van dun koper. Testen had geen enkele zin. Er moet een andere reden voor zijn geweest.”

‘Wijdverspreid ritueel in heel Noordwest-Europa’
Van Vilsteren ging op onderzoek uit en stuitte op een publicatie over wat ‘the English custom’ wordt genoemd. ,,In Engeland bestond de gewoonte om een munt om te buigen bij het aanroepen van een heilige. Dat deden mensen als ze ziek waren of in nood verkeerden. Als hun gebed dan verhoord werd, gingen ze op bedevaart om het verbogen muntje te offeren in de kerk waar de betreffende heilige werd vereerd.”

In Engeland zijn meerdere middeleeuwse bronnen die dit religieuze ritueel beschrijven. ,,In Nederland heb ik er ook een ontdekt. In het mirakelboek van Den Bosch is een wonder opgetekend dat in 1383 plaatsvond bij een moeilijke bevalling in Valkenburg. Er werd een penning verbogen boven het lichaam van de zwangere vrouw onder aanroeping van Maria, en een knecht werd daarmee naar het beeld van Onze-Lieve-Vrouwe van ‘s Hertogenbosch gestuurd om het verbogen muntje in het offerblok te stoppen.”

Muntjes met vouwen erin. Foto: Jaap Beuker

Van Vilsteren heeft veel Nederlandse mirakelboeken geraadpleegd, maar verder niks gevonden. ,,Op het continent is het bij mijn weten verder niet beschreven. Maar ik denk dat dit middeleeuwse ritueel wijdverspreid was in heel Noordwest-Europa, tot in Zwitserland aan toe. Daar zijn ook platgeslagen en gevouwen muntjes gevonden in een kerk in Steffisburg.”

Waarschijnlijk was de gewoonte zo vanzelfsprekend en alom bekend dat hij bijna niet beschreven is, zegt Van Vilsteren. ,,Daarom is het niet in de geschiedenisboeken terechtgekomen. Er worden nog steeds regelmatig vondstmeldingen gedaan van gebogen muntjes. Op internet staan tips voor muntzoekers om ze weer recht te buigen. Doe dat niet, maar meld je vondsten zoals je ze vindt!”

Klap met de hamer
Er zijn zelfs muntjes bekend die aan twee kanten zijn dubbelgevouwen. ,,Veel munten zijn vervolgens weer teruggevouwen, blijkt ook uit de muntschat van Zuidlaren. En een aantal is geplet.” Met een microprofilometer onderzocht Van Vilsteren de platgeslagen muntjes, waarvan een aantal slagbarsten vertoont aan de zijkant. ,,Ik heb het reliëf van de munten bestudeerd en het lijkt er sterk op dat ze een klap met een hamer hebben gekregen.”

,,Ik vermoed dat ze door de pastoor of een geldwisselaar zijn platgeslagen om ze daarna weer als kerkgeld in roulatie te kunnen brengen.” Die gedachte wordt ondersteund door het feit dat bij sommige muntjes een stukje van de rand met geweld is dubbelgeklapt. ,,Die zijn te snel geplet.”

Intacte muntjes (boven) en platgeslagen kerkgeld (onder). Foto: Jaap Beuker

Maar waarom dachten middeleeuwers dat het vouwen van muntjes zou helpen? ,,Ik denk dat het een relatie heeft met de veel oudere, voorchristelijke gewoonte om bij rituele deposities, zoals offers, voorwerpen onklaar te maken. Dat zie je al in de prehistorie. Het beroemde zwaard van Oss is helemaal opgerold en zo van zijn oorspronkelijke functie ontdaan.” Dat hangt nauw samen met de overgang van een voorwerp van het profane naar het sacrale domein.

Muntje als medaillon
,,Je ziet het ook bij de middeleeuwse kookpotten die ik onderzocht heb voor mijn promotieonderzoek. Die werden als offergaven in het landschap achtergelaten. Daarvan heb ik proefondervindelijk vastgesteld dat ze vaak bewust kapot gemaakt werden, voordat ze zijn geofferd. Als je iets wil offeren aan hogere machten moet je het eerst van zijn normale functie ontdoen. Maar ja, de kerk wilde het gebogen geld gewoon weer gebruiken, dus werden ze rechtgebogen.”

Ook de doorboorde muntjes in de muntschat van Zuidlaren hadden volgens Van Vilsteren een speciale functie. ,,Dat waren munten met een persoonlijke betekenis, die als medaillon werden gedragen en later geofferd. Het was een vorm van persoonlijke devotie. Toen ik een jongetje van 10 jaar was, droeg ik ook een medaillon op mijn hemd, als bescherming van hogere machten. Wel onder mijn kleding natuurlijk, want anders zag men dat je katholiek was.”

Van Vilsteren hoopt met lezingen en publicaties over de muntschat het onderzoek naar kerkgeld te stimuleren. ,,Ik hoop dat Duitse onderzoekers als ze hier over horen de Duitse mirakelboeken gaan doorspitten op zoek naar verhalen over verbogen muntjes. Ik zie het een beetje als zendingswerk en probeer het onderwerp internationaal aan de man te brengen.”

Missie volbracht
,,Mijn missie is volbracht als ik Duitse en Zwitserse numismaten zover krijg dat ze dit verschijnsel gaan onderzoeken. Het is onontgonnen gebied, ook al omdat muntdeskundigen dit soort waardeloze muntjes vaak terzijde laten liggen.” Van Vilsteren roept daarnaast zoekers en verzamelaars op hun vondsten te fotograferen en te laten registreren.

,,Dat kan op de website van PAN : Portable Antiquities of The Netherlands, waar metaalvondsten worden verzameld. Dit soort waardeloze muntjes tref je vooral aan in en rond kerken. Maar in Engeland zijn ze ook wel op akkers gevonden. Misschien zijn ze daar geofferd om een goede oogst af te smeken. Er is nog veel te onderzoeken.”

Lentis Erfgoed is onderdeel van Lentis.