Tweede Wereldoorlog: Zuidlaren

In 1939 werkt Nederland aan haar verdediging omdat er sprake is van oorlogsdreiging. Ook in Zuidlaren worden er voorzorgsmaatregelen getroffen. Er komt een gewapende bewakingspost van het Nederlandse leger op het kruispunt aan de Verlengde Stationsweg – Tienelsweg en er wordt voorlichting gegeven over het maken van schuilkelders. Ook wordt mensen geadviseerd te letten op spionnen.

Op 10 mei 1940 vallen de Duitsers Nederland binnen. Ook enkele soldaten uit Zuidlaren worden gedood tijdens de gevechten. In juli 1940 gaan de Duitsers de Adolf van Nassau kazerne in Zuidlaren gebruiken om rekruten op de leiden. In augustus komt een groep van 9 kinderen uit Rotterdam om te herstellen. Ze hebben dit hard nodig want ze hebben het bombardement op hun stad op 14 mei meegemaakt. Al snel ontstaan er tekorten aan levensmiddelen, textiel en brandstof. Om aan deze spullen te komen wordt een systeem met bonnen ingevoerd. Dit wordt distributie genoemd. Mensen hebben een bon of zegel nodig om iets te kopen. De bezetter zorgt ervoor dat mensen die niet mee willen werken geen bonnen krijgen. De schooltijden worden ingekort, zodat er op kolen bespaard kan worden.

In 1941 wordt het steeds merkbaarder dat we bezet zijn. De Joden worden gescheiden van andere Nederlanders. Ze worden steeds meer in het nauw gedreven. Ze mogen niet meer in cafés komen. Rijke Joden moeten hun geld inleveren. En alle Joden moeten op het gemeentehuis een grote J in hun paspoort laten zetten, zodat ze makkelijk herkenbaar zijn. De Zuidlaardermarkt is in 1941 veel minder druk dan in de voorgaande jaren. ‘Markschreeuwers’ zijn er weinig. Er is dan ook niet meer zo veel te koop. De kermis gaat dat jaar wel door.

In 1942 moeten alle Joden een Jodenster dragen, zodat ze nog meer herkenbaar zijn. Je kunt ze van afstand zien aankomen. Ze moeten de ster ook nog zelf kopen. Er worden Joden uit Zuidlaren afgevoerd naar Westerbork en vandaar in de trein gestouwd op weg naar de vernietigingskampen in Polen. In Zuidlaren helpt het verzet mensen onder te duiken en ze maken valse identiteitskaarten.

In 1943 kun je in Zuidlaren vrijwel dagelijks zwermen zware 4-motorige bommenwerpers naar Duitsland zien vliegen. Bij mooi weer zie je af en toe dat de Duitse jagers aanvallen. ‘Kleine glimmende puntjes’ duiken op de bommenwerpers af en soms ontstaat er dan achter één ervan een rookpluim. Dit is een neerstortend vliegtuig. De bemanning springt eruit met parachute. De bezetter probeert ze dan te pakken. De Duitsers nemen de christelijke school en het verenigingsgebouw Irene in beslag. Ze nemen ook alle radiotoestellen in Nederland in beslag. Ook worden weer Zuidlaarder Joden vergast. En verzetsstrijders worden doodgeschoten, nadat ze een NSB’er hebben gedood.

In 1944 wordt het verzet in Zuidlaren nog actiever. Verzetsmensen worden opgepakt en weer bevrijd. Veel mensen duiken onder omdat ze moeten werken voor de bezetter en dat niet willen. Geallieerde jagers schieten Duitse militaire voertuigen in brand die bij het Laarwoud onder de bomen staan geparkeerd. Zuid-Nederland wordt bevrijd tijdens zware gevechten.. Zuidlaren zit vol met Duitse soldaten, wel 3000. Zalen en een school worden gevorderd om hen in onder te brengen. Holland krijgt te maken met een Hongerwinter.

In 1945 duurt het nog vier maanden voordat Zuidlaren op 13 april wordt bevrijd door de Canadezen. Het is een zware tijd. Verzetsstrijders worden opgepakt en gedood. Nóg een Joodse bewoner van Zuidlaren wordt vermoord. Bewoners van Limburg worden weggestuurd en komen ook in Zuidlaren terecht. Voor schoolhoofden bestaat het probleem van waar les te geven, nu de gebouwen in beslag zijn genomen. Overal in Zuidlaren zijn loopgraven, tankgrachten en schuttersputjes uitgegraven. Mannen uit de omgeving zijn verplicht om dit werk te doen. Velen weigeren en duiken onder.

In de nacht van 7 op 8 april springen op meerdere plaatsen in Drenthe, ook in Zuidlaren, 700 Franse parachutisten uit vliegtuigen. Hun taak is ervoor te zorgen dat de Duitsers zo weinig mogelijk bruggen en wegen kapot maken, zodat de Canadese en Poolse bevrijders sneller het noorden van Nederland kunnen bevrijden. De operatie van de Fransen wordt Amherst genoemd. Dat is een codenaam. 33 Fransen worden gedood in Drenthe, ook in Zuidlaren vallen slachtoffers. (Het verhaal van de Franse parachutisten komt bij de beschrijving van de fietstocht uitvoeriger aan bod.) Na de bevrijding wordt door de Canadezen voor de Duitse krijgsgevangenen een kamp ingericht. Dit kamp ligt achter de molen. Het tentenkamp wordt in november gesloten. In december 1945 verlaten de laatste Canadezen Zuidlaren. Ze vertrekken dan ook van Dennenoord.

Lentis Erfgoed is onderdeel van Lentis.